0

Die is, Die was en Die komen zal
De "Openbaring"nader beschouwd


* Inhoud

Gods Raadplan der eeuwen
Lees verder

* Waarom de Openbaring werd gegeven
Lees verder

* De brieven aan de zeven gemeenten
Lees verder

* Efeze
Lees verder

* Smyrna
Lees verder

* Pergamus
Lees verder

* Thyatira
Lees verder

* Sardes
Lees verder

* Filadelfia
Lees verder

* Laodicea
Lees verder

* Nabeschouwung
Lees verder

* De troonsheerlijkheid van de Vader
Lees verder

* De heerlijkheid der verzoening door God de Zoon
Lees verder

* De zegels worden geopend.
Lees verder

* 1ste zegel
Lees verder

* 2de zegel
Lees verder

* 3de zegel
Lees verder

* 4de zegel
Lees verder

* 5de zegel
Lees verder

* 6de zegel
Lees verder

* 7de zegel
Lees verder

*De Goddelijke oogst voor en na de grote oordelen van God
Lees verder

* De bazuinen gaan klinken
Lees verder

* 1ste - 4de bazuin
Lees verder

* 5de bazuin
Lees verder

* 6de bazuin
Lees verder

* 7de bazuin
Lees verder

* De culminatie der demonische machten
Lees verder

* Gods volmaakte openbaring van Zijn oordeel en genade wordt  de wereld aangezegd
Lees verder

* Gods volmaakte openbaring van Zijn oordeel en genade wordt de wereld gegeven
Lees verder

* De openbaring van Gods grote verborgenheid
Lees verder

* De antichrist en zijn heerschappij
Lees verder

* Gods wegen in genade en gericht
Lees verder

* De zeven fiolen vol van de toorn van God
Lees verder

* De zeven fiolen van Gods toorn worden uitgegoten
Lees verder

* Gods oordeel over het grote Babylon als geestelijke macht
Lees verder

* Gods oordeel  over het grote Babylon als politieke en economische macht
Lees verder

* De inleiding tot het grote duizendjarig Rijk van Christus
Lees verder

* Aanvang en slot van het duizendjarig Vrederijk
Lees verder

* Taferelen uit Gods eeuwigheid en van het Nieuwe Jeruzalem
Lees verder

* Besluitend visioen en Jezus' laatste woorden
Lees verder




 

 

 

Home - Sitemap

 

De heerlijkheid van de verzoening door God de Zoon
Het Lam van God


 

De Persoon van Jezus Christus

In dit hoofdstuk komt de Persoon van de Here Jezus Christus als het Lam van God, op de voorgrond. Hij is de tweede Persoon van de Godheid en neemt uit de rechterhand Desgene, die  op de troon zit een boek ter hand, dat van binnen en van buiten beschreven is en dat verzegeld is met zeven zegels. Het was Gods ontfermende liefde, die ons in het vorige hoofdstuk de hemelse rust èn activiteit deed aanschouwen. Deze profetische uitbeelding (schildering), zou niet af zijn, indien er geen andere, geen nieuwe, aan toegevoegd ware. . In dit hoofdstuk wordt ons meer geboden, dan het geven van heerlijkheid aan de Heer van de hemel en de aarde; hier vinden wij "de heerlijkheid der verzoening."


Een verzoening, die volkomem in harmonie is met Gods wegen en gedachten. Wij aanschouwen het "Lam, staande in het midden van de ouderlingen, als geslacht" (vers 6), terwijl de vier dieren en de ouderlingen een nieuw lied aanheffen: het verlossingslied van het Lam (verzen 9 en 10).  Tot nog toe was er geen sprake van enig boek, maar nu de verschijning van het Lam van God daar is, lezen wij:

 
vers 1,
"En ik zag in de rechterhand Desgenen, Die op de troon zat, een boek, geschreven van binnen en van buiten.... , verzegeld met zeven zegelen."


Welk een treffende gelijkenis wordt ons hier geboden met hetgeen door de apostel in het Evangelie te boek werd gesteld - in den beginne was het Woord en het Woord was bij God en het was God. Dit was in den beginne bij God" (Joh.1:1-2). In de allereerste plaats is hier sprake van "een overvloeiende mate van openbaring en van Goddelijke Raadsbesluiten en plannen met betrekking tot de aarde"
.


De twee stenen tafelen
Het valt ons niet moeilijk in dit Boek het "Boek der boeken" te herkennen. En dit Boek is verzegeld. In welk verband en in hoeverre dit Boek verzegeld is, zullen wij straks zien. In de twee "Stenen Tafelen" gaf God Zijn volk het "Eerste geschreven Woord"( Exod.31:18b); de twee Tafelen der Getuigenis, tafelen van steen met de vinger Gods geschreven". Deze werden geplaatst in de Arke des Verbonds (Hebr. 9: 4). Ook werd naderhand het door Mozes geschreven boek aan de zijde van deze Arke des Verbonds gelegd (Ex. 17:14 +Deut. 17:18 en 31:24-26).

     Het verwondert ons dus niet, dat wij dit met zeven zegels verzegelde Boek hier bij Gods troon aantreffen. Nogmaals, in dit Boek herkennen wil Gods Woord of de Bijbel. Het is het Boek van verlossing of het Boek waarin Gods plan der eeuwen is vastgelegd! En laat ons hierbij niet vergeten, dat dit Boek het enige is, dat ons licht verschaft ten aanzien van de schepping, de verlossing door het Bloed en de Eeuwige Staat!  Ieder mens verkeert zonder dit Boek in groot gevaar. Zonder de kennis aangaande het leven en de wereld, waarin de mens zich bevindt, zal hij wis en zeker verdwalen en uiteindelijk in de afgrond vallen.  
 

Het geschreven Woord van God
De Bijbel is het geschreven Woord van God of wel Gods geschreven Openbaring. Laten wij dan dit Woord in de arke van ons hart bewaren, want in Psalm 138:2 staat geschreven: "Gij hebt vanwege Uw ganse Naam Uw Woord groot gemaakt.". Dit Boek is "van binnen en van buiten beschreven", hetgeen zeggen wil, dat dit Boek compleet is. Het is het enige boek dat compleet is. Dientengevolge laat het geen ruimte voor toevoegingen, veranderingen of het afdoen van woorden of iets dergelijks. Openbaring 22:18-19 slaat per slot van rekening niet alleen op het Boek Openbaring zelf, maar op de ganse Bijbel.


Alhoewel de Bijbel voor een ieder geopend is in de zin, dat allen de verborgenheden daarin vervat vrijelijk mogen naspeuren, is dit Boek toch verzegeld met zeven zegels. Wat dienen wij hieronder te verstaan? De Bijbel is Gods openbaring, die verstaan kan worden voor zover God zelf licht schenkt, maar verder een mysterie blijft, totdat het Goddelijk bevel wordt gegeven om deze zeven zegels te verbreken!

Hoe meer nu het einde van deze bedeling in zicht komt, hoe meer ook de verborgenheden van Gods Woord geopenbaard worden!
In dit huidig tijdsgewricht worden vele dingen nog "vaag onderscheiden" en zien wij van vele dingen slechts de "omlijningen", maar wij geloven uit het diepst van ons hart, dat de Geest der profetie Zijn uitnemende en verheven plaats inde Bruidsgemeente zal innemen, wanneer straks Joëls profetie ten volle zal worden vervuld in de machtige uitstorting van de "Spade Regen".

|
Het symbool van de rechterhand
Zo zal de"profetische blik van het lichaam" (gemeente) toenemen en zullen  de toekomende dingen ook scherper worden onderscheiden. Halleluja! Maar laat ons een en ander nader bekijken.
In vers 1 lezen wij over "de rechterhand Desgenen, Die op de troon zat". Gods rechterhand is het symbool van Goddelijke autoriteit en kracht, terwijl overwinning vervat is in de opening van de zegels. Nog voor de slotbedeling ten einde loopt, moeten ale zegels geopend zijn....
.

Er is sprake van zeven zegels. Zeven slaat, hetzij symbolisch, hetzij profetisch, altijd op "het einde van deze tegenwoordige tijdsbedeling". Zegels hebben altijd betrekking op oordelen. En dit willen wij hier alvast betuigen: Gods oordelen zullen op grond van Gods Woord volledig worden voltrokken en wel in hun "zevenvoudige werking"!
Laten wij in dit verband ook lezen: Dan.12:7-10, "En ik hoorde die Man, bekleed met linnen, Die boven op het water van de rivier was, en Hij hief Zijn rechterhand en Zijn linkerhand op naar de hemel en zwoer bij Dien, Die eeuwiglijk leeft, dat na een bestemde tijd, bestemde tijden en een half, en als Hij zal voleind hebben te verstrooien de hand des heiligen volks, al deze dingen voleind zullen worden.


Dit hoorde ik, doch ik verstond het niet; en zeide: Mijn Heer! wat zal het einde zijn van deze dingen? Hij zeide: Ga heen, Daniël, want deze woorden zijn toegesloten en verzegeld tot de tijd van het einde. Velen zullen gereinigd en wit gemaakt en gelouterd worden; doch de goddelozen zullen goddelooslijk handelen en geen van de goddelozen zullen het verstaan, maar de verstandigen zullen het verstaan."
Hier wordt ons de omvang van Gods programa der laatste dagen geprofeteerd. Wij mogen door dit Schriftgedeelte verstaan, dat de omvang der zegels de beeindiging van onze tijdsbedeling is.  Hoe wondervol en tegelijkertijd hoe ontstellend. Alhoewel deze opening der zegels het onderwerp van het volgende hoofdstuk is, willen wij hier nog even stil blijven staan bij een "schaduwgebeuren", dat haar profetische waarde heeft met betrekking tot een nabije en dus nog toekomstige gebeurtenis.

Op de gedenkwaardige "Grote Verzoendag" van Israël trad de hogepriester het Heilige der Heiligen binnen met het bloed der verzoening om dit zoenbloed te sprengen op en voor het verzoendeksel van de Arke des Verbonds. De "Grote Verzoendag" vinden wij beschreven in Leviticus 16; en daar lezen wij ook, dat deze handeling slechts éénmaal per jaar werd verricht. De Here Jezus Christus is onze Hogepriester, Die eens en voor altijd het meest Heilige (in de hemelen) is binnengegaan, om daar met Zijn eigen kostbaar Bloed verzoening te doen voor de zonden der wereld.

Hebr.9:11-12, "Maar Christus, de Hogepriester der toekomende goederen, gekomen zijnde, is door de meerdere, en volmaakte tabernakel, niet met handen gemaakt, dat is, niet van dit maaksel, noch door het bloed der bokken en kalveren, maar door Zijn eigen bloed, eenmaal ingegaan in het Heiligdom, een eeuwige verlossing teweeg gebracht hebbende.".
Wanneer straks het tegenbeeld van de Grote Verzoendag geheel vervuld zal zijn, zullen allen, die de offerande van onze Here Jezus Christus niet hebben willen aannemen en die daarmee hebben getoond niet te geloven in het Eeuwig Evangelie van Verlossing door de uitstorting van het Bloed van het Lam, ook kennis maken met de volle maat van Gods rechtvaardige oordelen, die over deze aarde zullen gaan.


Immers sprengde de hogepriester op de Grote Verzoendag niet alleen het bloed zevenmaal op het verzoendeksel - hetgeen het beeld vormt van Gods genade op grond van ons geloof, maar ook zevenmaal in de woestijngrond - hetgeen het beeld vormt van Gods oordelen op grond van de verwerping van het Zoenbloed!  Het komt er op aan om NU te geloven in de Here Jezus Christus, als het geslachte Lam van God, Dat de zonden der wereld heeft weggedragen. Dit houdt in de aanname van Hem als onze persoonlijke Verlosser en Zaligmaker. Alsdan worden wij gerechtvaardigd door het geloof! En hoe heerlijk dan te weten, dat wij VRIJ zullen zijn van AL de oordelen Gods, Halleluja!

 vers 2,
"En ik zag een sterke engel, uitroepende met een grote stem: Wie is waardig het boek te openen en zijn zegelen open te breken? En niemand in de hemel, noch op de aarde, noch onder de aarde kon het boek openen, noch hetzelve inzien. "


Wie toch zou bekwaam zijn om Gods plannen en besluiten te ontvouwen en uit te voeren? Geen schepsel kan hierop aanspraak maken. Noch engelen, noch mensen, noch duivelen; neen, alleen De Leeuw van Juda is hiertoe waardig..... Hoe hoogst belangrijk is de opening van het Woord van God en hoe verschrikkelijk is het, als dit Woord toegesloten zou moeten blijven en het mensdom in duister zou moeten blijven tasten. Het gebrek aan kennis van Gods Woord is dan ook genoegzame reden voor een ieder om met Johannes te wenen.


Vers 4,
"En ik weende zeer, dat niemand waardig was, om het boek te openen en te lezen, noch hetzelve in te zien."

Vers 5,
"En een van de ouderlingen zeide tot mij: Ween  niet: zie de Leeuw, Die uit de stam van Juda is, de Wortel Davids, heeft overwonnen, om het boek te openen en zijn zeven zegels open te breken."

Gode zij dank! Halleluja! De leeuw uit Juda's stam heeft overwonnen. Jezus Christus heeft waarlijk overwonnen! Inderdaad, dit Boek moet geopend worden, wil de Gemeente haar inspiratie niet verliezen en verstoken blijven van iedere openbaring, want het is enkel het Woord van God, dat de Gemeente de  zo nodige kennis en begrip zal geven van en aangaande de slot-gebeurtenissen en de werkingen van de Heilige Geest op het einde van deze "Bedeling van het Evangelie."
Psalm 119:130, "De opening Uwer woorden geeft licht, de slechten verstandig makende."
Spreuken 29:18a, "Als er geen profetie is, wordt het volk ontbloot." Amen.

Hoe indrukwekkend is hier de beschrijving van de Here Jezus Christus. Voor zo veel het vlees aangaat, is Hij gesproten uit de stam van Juda. Jakobs profetie, uitgesproken op zijn sterfbed, vindt in Jezus haar vervulling, want Hij is de Leeuw uit Juda's stam, Die vol majesteit en grote kracht zich vertoont. Hij is niet alleen de Spruit uit Juda's stam, Hij is ook de "Wortel Davids". Davids Zoon is tegelijkertijd Davids Heer! Heeft de  Doper niet geprofeteerd: "Die na mij komt, is vóór mij geworden"?

In dit tafereel staat de Here Jezus Christus voor ons als God èn Mens èn Overwinnaar. Ja, Hij heeft zonde, dood en duivel overwonnen. Glorie voor Hem!. Halleluja!  Nu is echter het meest wonderbaarlijke van alles, dat wij in het vervolg van dit verslag géén Leeuw zien optreden.
Door de apostel werd HET LAM gezien. In plaats van het symbool van kracht en koninklijke majesteit, dat de leeuw is, vertoont zich nu voor ons oog "het zinnebeeld van zwakheid en van dood - het Lam als geslacht.  Maar laten wij goed letten op de verdere beschrijving:

 Vers 6,
"En ik zag en zie, in het midden van de troon en van de vier dieren, en in het midden van de ouderlingen, een Lam, staande als geslacht, hebbende zeven hoornen, en zeven ogen, dewelke zijn de zeven Geesten Gods, Die uitgezonden zijn in alle landen."

In het midden van de troon .... in het centrum van het koninkrijk der hemelen, werd het Lam van God gezien....
Noch in de hemel, noch op de aarde, noch in de hel werd er iemand gevonden, die waardig bevonden werd om het boek met de zeven zegelen te openen, met uitzondering van Jezus Christus, het Lam van God, Dat de zonde der wereld heeft weggenomen (Joh.1:29). Maar Jezus was er ook als "de Leeuw uit Juda's stam"..
 Bethlehem profeteerde, dan moeten wij, ziende de vervulling ervan in de Here Jezus Christus, de nauwkeurigheid van het gesproken profetische Woord wel vaststellen. God zij de glorie!

 

Het brengen van de blijde boodschap
Het allereerst is van het werk van de Messias genoemd: brengen van de blijde boodschap. Hoe wonderbaar! Het is opening van het Woord van de levende God over de gehele aarde. Hoe machtig en schoon en hartveroverend is deze bediening.  Is er heerlijker aanblik, dan de Koning der koningen en Here der heren in het midden van de troon als het Lam, dat geslacht is? Dit doet ons de verzoening verstaan als de grondslag van alles! Niet alleen als de grondslag van onze aanneming  bij God, van de vergeving der zonden en van de eeuwige heerlijkheid, dat ook ons deel zal zijn, maar ook het herstel aller dingen.

0, hoe wondervol is Jezus' Bloed en hoe heerlijk verlossend is de Blijde Boodschap, het Evangelie - Halleluja! Voor dit alles en nog voor veel meer, heeft Jezus het kruis verdragen en de schande veracht, ziende op de vreugde, die vóór Hem lag" (Hebr.12:2).
Hebr.13:15, "Laat ons dan door Hem altijd Gode opofferen offerande des lofs, dat is de vrucht der lippen, die Zijn Naam belijden."|
Hebr.12:28, "Daarom, alzo wij een onbewegelijk Koninkrijk ontvangen, laat ons de genade vasthouden, door welke wij welbehaaglijk Gode mogen dienen, met eerbied en godvruchtigheid".

Vers 7,
"En Het kwam en Het heeft het boek genomen uit de rechterhterhand Desgenen, Die op de troon zat."

God heeft ons hiermee willen tonen, dat ALLE heerlijkheid verenigd is in de Christus, het Lam, Dat hier beneden zo gesmaad en verworpen werd. Scheen Zijn kruisoffer hier op aarde aan alle verwachtingen de bodem in te slaan, toch heeft het de weg geopend voor de openbaring van hoog verheven planen en Goddelijke raadsbesluiten.
Bekeken vanuit menselijke gezichtshoek spreken zowel kruis als graf van nederlaag en vernietiging! Hij, Die kwam om te zegenen, om duivelen uit te werpen, om ziekten en kwalen te genezen en om zonden te vergeven, werd algeheel verworpen; Hij werd een prooi des doods.
Maar God sloeg juist deze weg van een zich ontfermende, mateloze liefde in, om straks Zijn heerlijkheid in volle glans te kunnen openbaren en om allen, die Hem hebben aangenomen door in Hem te geloven, te kunnen zegenen naar de volheid van die liefde en genade. Hierin bestond en bestaat nog de vreugde van God.

Met alle vrijmoeidgheid schrijven wij, dat de Zoon van  God gelijk Hij van alle eeuwigheid af de vreugde en het welbehagen des Vaders was en gelijk Hij, Mens geworden in de schoot van de maagd van Israël door de machtige overschaduwing van de Geest van God, de blijdschap van de ziel van de Vader was, toen Hij in dit ondermaanse tranendal wandelde enZijn Vader in alles verheerlijkte, dat diezelfde Zoon van God, nu met eer en heerlijkheid bekleed, tot in der eeuwigheid het middelpunt van het heelal, met welbehagen van het hart van de Vader, het eeuwige Voorwerp van Zijn voortdurende, eeuwige vermaking is.
Welk een voorrecht voor ons, geschonken in Jezus, om aan die voortdurende vreugde en welbehagen van de Vader te mogen deelhebben!
Tot in alle eeuwigheid zullen wij Hem zien als het Lam, Dat geslacht is en zullen wij ons in Hem als zodanig verblijden. Alle eeuwigheden door zullen de tekenen van Zijn lijden en sterven aan Zijn gezegende en volheerlijk lichaam te zien zijn! Glorie voor God!


 Vers 8,
"En als Het dat boek genomen had, vielen de vier dieren en de vierentwintig ouderlingen voor het Lam neder , hebbende elk citers en gouden fiolen, zijnde vol reukwerk welke zijn de gebeden der heiligen."

Wat een wonderbaar toneel vertoont zich hier voor onze ogen. Het Lam kwam en heeft genomen…Zodra deze daad een feit was, ontstond er een grote beweging onder al de heiligen in de hemel. Evenals in het voorgaande hoofdstuk de vier dieren Gods lof verkondigden en de vierentwintig ouderlingen zich nederbogen voor Hem, Die op de troon zat, zo vallen ook hier de vier dieren en de vierentwintig ouderlingen voor Het Lam neder en brengen Hem hun dankzegging en aanbidding. Hoe onuitsprekelijk heerlijk en gezegend is het om dit te aanschouwen!

Hoewel het Lam het boek enkel heeft genomen - Het heeft het nog niet geopend - vervult dit feit reeds de harten der Heiligen met blijdschap en dankzegging.... Er blijft voor ons niets anders meer over dan ook lof, dank en aanbidding te brengen aan het Lam, Dat alles heeft volbracht. Deze aanbidding van het Lam van God is de hoogste trap van verheerlijking aan Degene, Die op de troon is gezeten, omdat God in het Lam, dat geslacht is, al Zijn hoedanigheden en eigenschappen het hoogst verheerlijkt ziet!

Gelijk eertijds bij feestelijke gelegenheden in Israël zilveren bazuinen zich deden horen en later tijdens de regering
van David harpen hun liefelijke tonen deden weerklinken, zo dragen ook hier de 24 oudsten citers in hun handen, waarmee zij op zachte tonen het loflied der bevrijding doen weerklinken door de ruimten van het Koninkrijk der hemelen, terwijl uit de gouden fiolen vol reukwerk de gebeden der heiligen tot de Almachtige opstijgen.........

Vers 9-10,
"En zij zongen een nieuw lied, zeggende: Gij zijt waardig dat boek te nemen en zijn zegelen te openen.... 'want Gij zijt geslacht en hebt ons Gode gekocht met Uw bloed, alle geslachten, taal en volk, en natie; en Gij hebt ons ze God gemaakt tot koningen en priesteren; en wij zullen als koningen heersen op de aarde."

Een nieuw lied werd er gezongen! Het lied van het volbrachte werk. Dit toont ons overduidelijk welk een wonderlijke en verheven plaats HET WOORD heeft in Gods eeuwig voornemen en plan.
Dit loflied der verlossing wordt hier het nieuw lied gehoemd, in tegenstelling met al de OUDE liederen van de oude bedeling waarin van een volkomen verlossing nog geen sprake kon zijn. Immers, al het bloed, dat van Israëls altaren afstroomde was een voorafschaduwing van dat enige en volmaakte dat toen nog komen moest. Het schaduwbeeld moest toen nog plaatsmaken voor het feit zelf, de ware offerrande op Gods altaar – Calvarie.

     Psalm 33:3a, "Zingt Hem een nieuw lied."
     Pslam.144:9a,"0 God, ik zal U een nieuw Lied zingen."

De inhoud van het loflied, dat wij nu aanheffen is in wezen gelijk aan die van de lofzang in de hemel, De merkwaardige overeenstemming tussen het loflied, gezongen door de Gemeente hier op de aarde, en dat, gezongen door de heiligen in de hemel, getuigt voor tijd en eeuwigheid op een treffende wijze, dat zulk een prijszang en aanbidding en dank alleen de Here Jezus Christus toekomt.

Vers 11,
"En ik zag en hoorde een stem veler engelen rondom de troon, en de dieren, en de ouderlingen, en hun getal was tienduizend maal tienduizenden en duizend maal duizenden."

Na de vierentwintig ouderlingen komen de tienduizendmaal tienduizenden engelen, die eveneens het geslachte Lam alle hulde bieden. Tussen Gods troon en die van het Lam en de heiligen bevinden zich geen engelen. Zij vormen de tweede kring, terwijl de heiligen die troon onmiddellijk omringen.. En toch zonder een zweem van jalouzie - in de hemelen wordt deze nu niet meer gevonden - verlustigen de engelen zich met grote blijdschap in de heerlijkheid van het Lam en in de door Hem volbrachte verlossing, want ze zeggen met grote stem:


Vers 12,
. "Het Lam, Dat geslacht is, is waardig te ontvangen de kracht en de rijkdom en wijsheid en sterkte, en eer , en heerlijkheid, en dankzegging."

Vers 13,
"En alle schepsel, dat in de hemel is en op de aarde en onder de aarde, en die in de zee zijn, en alles wat in dezelve is, hoorde ik zeggen: Hem, Die op de troon zit en het Lam, zij de dankzegging, en de eer, en de heerlijkheid , en de kracht in alle eeuwigheid."

Hier is sprake van de universele  aanbidding van onze Here Jezus Christus, waarmee Zijn Goddelijkheid wordt bevestigd! Ook mogen wij hier de tegenstelling zien tot het zuchten der schepping, dat heden ten dage wordt gehoord.


Rom.8:22, "Want wij weten, dat het ganse schepsel tezamen zucht en tezamen als in barensnood is tot nu toe."
De apostel Johannes zag hier weliswaar nog slechts het begin van die eindeloze heerlijkheid en lofprijzing, die in de nieuwe hemel en op de nieuwe aarde zullen plaatshebben... want... er moet nog onzeggelijk véél gebeuren, eer satan en zijn werken volkomen zijn overwonnen en verbroken, eer alle gevolgen van de zonde uit Gods schepping zijn verdwenen, maar toch kunnen onze oren nu al deze lofzang opvangen…..

Vers 14,
"En de vier dieren zeiden: Amen. En de vier-en-twintig ouderlingen vielen neder en aanbaden Degene, Die leeft in eeuwigheid."

Aldus is de algemene vreugde groot, en worden God en het lam aanbeden vanwege de grootte en de diepte van de genade van God ten toon gespreid in de volbrachte verzoening.
Alvorens de behandeling van dit hoofdstuk te beëindigen,willen wij eerst nog even voor een globaal overzicht de inhoud van de hoofdstukken 4 en 5 kort samenvatten. Wij  onderscheiden dan drie hoofdpunten, te weten:
God is gezeten op Zijn troon en van deze troon gaan bliksemen en donderslagen en stemmen uit.
Alles wordt gesteld in de handen van het Lam, Dat geslacht werd; en aan de zeven Geesten Gods wordt de ten uitvoer legging toevertrouwd van al de plannen en raadsbesluiten van God. De grootste rust, maar ook de grootste activiteit, omringt de troon, terwijl intense vreugde en aanbidding in Gods heilige tegenwoordigheid worden gekend.

Bij de behandeling van de volgende hoofdstukken zullen wij zien, hoe de profetie in het Boek Openbaring wordt aangevuld door de gewisse voorzeggingen der profeten van het Oude Verbond. In het Boek Openbaring wordt ons de aan-een-eenschakeling van toekomende gebeurtenissen gegeven. Door deze gebeurtenissen op de voet te volgen is het mogelijk - en elk kind van God, dat nadenkt, zal dit moeten erkennen - om de  wederkomst van de Heer bij benadering te bepalen. Dan zal Hij komen "met Zijn vele duizenden heiligen om gericht te houden tegen allen en te straffen alle goddelozen onder hen, vanwege al de harde woorden, die de goddeloe zondaars tegen Hem gesproken hebben" (Judas 14-15).

Immers, eerst vinden wij de beschrijving van alle gebeurtenissen, die de komst van Christus in heerlijkheid en met grote kracht op aarde moeten voorbereiden: gebeurtenissen, die Zijn Gemeente moeten brengen in de conditie "zonder vlek of rimpel of iets dergelijks, maar heilig en onberispelijk", waarna Hij, na aanname, wegname  en opname  der Gemeente, zal verschijnen met al de heiligen, ..
Moge daarom ons getuigenis nu gelijkluidend zijn aan dat van de Christenen toenmaals te Thessalonika; zij waren namelijk "van de afgoden bekeerd tot God, om de levende en waarachtige God te dienen en Zijn Zoon uit de hemelen te verwachten."

JEZUS KOMT ! Hem mogen wij verwachten: naar Zijn Wederkomst kunnen wij uitzien. Want wij hebben het profetisch Woord, hetwelk zeer vast is en wij doen goed, indien wij daarop acht geven. Amen.


Home - Sitemap