Toekomst, voleinding, zegels

 

zomsondergang

HOME ~ SITEMAP

 

 

Toekomst, voleinding, zegels

Over gebeurtenissen die plaats zullen moeten vinden in de laatste dagen


Vrienden, ik wil u vanavond spreken over drie dingen, en dat is: Toekomst - voleinding en zegels. Wij leven nu eenmaal in een tijd waarin wij ons niet de luxe kunnen veroorloven om de dingen van alle dag, de omstandigheden die zich voordoen, de gebeurtenissen waarvan wij lezen en horen en waarvan wij spreken, om die zomaar voorbij te lopen. 

Degenen die dat wel doen, dat zijn zij, die nu al behoren tot degenen die blind, doof en stom zijn. Velen van hen willen niet anders, voor anderen is het "ach, dat is al zo lang geleden", en voor nog weer anderen is het altijd van "ik weet het!" De apostel zegt zelf, dat wij leven in die dagen, waarin wij mensen horen zeggen:

Jullie met: "Jezus komt spoedig, waar blijft nou de dag van Zijn toekomst? Waar is het nu! Zij hebben 2000 jaar geleden ook al gezegd dat Hij spoedig zou komen".

 
En niemand minder dan de apostel Paulus heeft met grote nadruk, onder de inspiratie van de Heilige Geest, geschreven over Zijn wederkomst. Wij hebben het Woord. Prijst God! Wij zijn nu in 1963 en nog is Jezus er niet. Maar al dezulken die dat zeggen worden door de Heilige Geest gerangschikt in de rijen der "spotters" der laatste dagen. Amen.  

Petrus schrijft dit! Maar voor ons, vrienden, die geloven door genade, is het nog altijdL
"Maranatha! Jezus komt!" Halleluja! En laat deze wetenschap, die diep gezonken is in uw hart, u niet ontroven.

 
U hoort zoveel kritiek, u leest misschien het ene boek na het andere over de laatste dagen, maar laat u deze rijkdom, deze vertroosting, zegt de apostel, laat u die niet ontnemen. Voor een Kind van God is er geen rijker vertroosting, dan dat zijn Heiland spoedig komt.  Halleluja 

Wij weten dat als Hij zal komen, God alle tranen zal afwissen. Uw diepe rimpels verdwijnen als bij toverslag. 0, daar komt een dag, een wonderbare dag, waarbij de glorie van God geopenbaard zal worden, waarop de kracht van de Heilige Geest op zulk een wijze zal worden gemanifesteerd, dat wij verstomd zullen staan.
 
M
aar dit nu heeft God weggelegd voor allen, die Hem liefhebben. Opdat wij waarlijk zullen staan, daar waar Jezus ons vinden wil, in de rij van de 5 wijze maagden. Glorie voor God. Nu, mijn broeder en mijn zuster, in verband met die spoedige wederkomst van Jezus zijn deze drie dingen essentieel:

1. de toekomst van de Zoon des mensen,
2. de voleinding,

3. de zegels.

Tekenen.
En in het profetische Raadsplan van God en in de profetische bergrede van de Here Jezus Christus in het bijzonder, vrienden, daar vindt u deze drie dingen onafscheidelijk aan elkaaar verbonden.  Ook al wordt daar niet direct gesproken van zegels, maar van tekenen. Want het zijn juist deze tekenen in de laatste dagen, die zullen worden geopenbaard en zullen worden gekend onder de opening van de zegels.

Toekomst en voleinding
Moge de Heilige Geest dit in uw hart zelf bevestigen. Omdat wij leven in de dagen waarin de zegelen van God geopend worden, staan alle tekenen in verband met voleinding en wederkomst des Heren, daarmede in onafscheidelijk verband; juist deze tekenen onder de zegelen, bevestigen de zekerheid van beide: toekomst en voleinding.

Toch moeten wij deze weten te onderscheiden, vrienden, willen wij geen fouten maken, willen wij geen warhoofd worden, want de toekomst des Heren is nu eenmaal niet de voleinding en de tekenen bevestigen slechts, dat beide er zullen zijn in het Raadsplan van God waaraan niemand iets kan veranderen.

Mijn broeder en mijn zuster, wij horen dikwijls de verzuchting slaken: "Ja, maar ik zal toch de Here bidden." Denk nooit dat God Zijn Raadsplan zal verandereren door uw gebed. Ik zal u een voorbeeld geven. God zegt in Zijn Woord: "In deze laatste dagen zullen er oorlogen zijn". Of u het nou wil of niet wil, Gods woord zegt dat. En zo zult u ook mensen tegenkomen, die zeggen:
"Laten wij de Here bidden dat er geen oorlog meer zal komen". Weet u dat de christenen destijds ook gebeden hebben dat er geen oorlog zal komen en wij hebben toch een oorlog gehad, die de "eerste wereldoorlog" genoemd wordt.  

En weet u dat daarna de christenheid niet opgehouden heeft met te bidden: "Here, laat er geen oorlog meer zijn!" En als een klap op de vuurpijl is ook de "tweede wereldoorlog" gekomen. En mogelijk zijn er onder u nog mensen die nu weer bidden: "Here, laat er geen oorlog meer komen"! 

De profetische rede van Jezus Christus zegt: "Er zullen oorlogen zijn". En dat zijn nu één van de dingen waarom ik u zoëven gezegd heb: wij denken  soms dat wij door bidden Gods Raadsplan kunnen veranderen. Wij veranderen. Door gebed worden wij veranderd.  En omdat wij veranderen (wij worden van gedaante veranderd, iedere dag, als van des Heren Geest) mogen wij dat Raadsplan van God zien en het komt ons voor alsof God verandert in dat Raadsplan, als verhoring op gebed, maar wij zijn veranderd en wij kunnen ingepast worden in het Raadsplan van God, zó, dat wij alle dingen gaan verstaan.
|
Als er ooit discipelen gebeden hadden, vrienden, dan waren het toch zeker de twaalf, die Zijn discipelen waren en later de apostelen. Nogthans is het Plan van God verlopen zoals het opgeschreven staat in de hemelen, mijn vrienden. Halleluja. Gods Woord wordt nimmer gebroken, dit Woord is van eeuwigheid tot eeuwigheid en aan dit Woord valt niet te tornen.

Dat plan in dat Vaderhart, vrienden, is gesetteld bij God. Hoe zou Petrus anders, onder de zalving van de Heilige Geest, kunnen zeggen:  "Wij hebben het profetisch Woord hetwelk zeer vast is"  Bij iets wat vast is, is  geen verandering mogelijk. Amen!

De lamp van God
En wij doen goed als wij daarop acht slaan als op een lamp, schijnende in een duistere plaats. Want deze plaats is duister en zal altijd duister blijven totdat de verandering komt waarvan Petrus spreekt: "dat alles zal veranderd worden straks door vuur". Halleluja! En zolang als het duister is en blijft, vrienden, kunnen wij niet buiten deze lamp van God, buiten dit profetische Woord, dat uitschijnt.

Besteed daarom veel aandacht,  aan het profetische Woord van God. Weest een bestudeerder van de profetieën. Deze leiden u in de waarheden van de laatste dagen. 
 U heeft nevens deze studies vele andere, velerlei andere, ook mooie studies, maar laat uw geestelijk oog niet afdwalen van de weg waarop straks de gemeente van Jezus Christus wordt geleid, van kracht tot kracht, van genade tot genade, totdat zij zal staan in diezelfde wonderbare heerlijkheid als haar Bruidegom en Heer.

U kunt een studie maken van vele dingen, maar zij laten u niet de dingen zien die nodig zijn in deze laatste dagen. Daar is  b.v. een studie van typen en symbolen, schaduwbeelden, maar zij brengen u niet tot de realiteit van de dingen die zich afspelen in deze laatste dagen.  En dit is toch wat God verlangt.  Schaduwen en symbolen en typen, zij zijn wonderbaar, maar zij zijn voorbijgegaan om plaats te maken voor het werkélijke beeld.   Als het begrip van de grote verzoening in Israel u niet profetisch laat zien, dat u dat tijdstip nu nadert, dan blijft u blind voor wat er straks moet plaats grijpen.

De profetische rede van Jezus
Daarom  wil ik u uitnodigen, om naar die  profetische rede van Jezus te gaan, in Mattheus 24. Dat is voor ons in dit bestek de informatiebron bij uitstek. En u zult er versteld van staan als wij dit hoofdstuk nauwkeurig met elkander bekijken, vanavond, in evangelische trant, hoe ver wij al gevorderd zijn in deze dagen, in verband met  de opening van de zegels in het boek Openbaring.
 
Daarom is het goed om beide met elkaar te vergelijken, opdat wij straks, bij de overdenking van hetgeen wij deze avond hebben gehoord, nog meer de drang in ons mogen voelen werken,  om het Woord, het profetisch Woord van God, om dat te volgen, tot wij met klare ogen de dingen zullen zien, de waarheid zullen onderkennen en niet bang zullen zijn. Prijst God! Wie in Christus is kent geen vrees.

Wie op Jezus ziet  zal wandelen op de golven van een woelige levenszee. Als u ziet naar wat er om u heen plaats grijpt, dan zinkt u weg. Zo was het Petrus vergaan. Maar de Heer doet al deze dingen geschieden conform Zijn Woord en daar is niets dat niet gebeurd volgens het Plan van God, maar de Heer wil dat u op Hem blijft zien. Hij is degene die meester is over winden en golven.

De Arke van Behoud
Hoe benauwd, hoe benard, hoe vol van naderende stormen - ik spreek geestelijk en letterlijk - waren de dagen van de prediker van gerechtigheid. 120 jaren lang aanschouwde hij dag aan dag de ark waaraan hij en zijn gezin moest bouwen. 

Hij zag de goddeloosheid rondom, hij zag alles wat zich afspeelde in die dagen en tot wie hij het Evangelie van Genade moest prediken. Maar ondanks dit alles  heeft Noach zijn oog geslagen op Degene die hem opdracht gaf tot de bouw van die Arke van Behoud.

Jezus Christus, in Zijn Messiaansche bediening hier op aarde, heeft ondanks alles wat Hij mee moest maken, waarvan Hij gesproken heeft, ondanks de omstandigheden die op Zijn weg kwamen, ondanks de gebeurlijkheden, ondanks verraad, spot, smaad, hoon en verwerping door de Zijnen, heeft Hij nooit nagelaten om Zijn ogen gericht te houden op die Vader God in Wiens Naam Hij kwam, in Wiens Naam Hij predikte en Zijn eigen getuigenis is bewijs daarvoor.

Hij zei: "Ik kan niet anders werken, dan dat wat Ik Mijn Vader ziet doen. Ik kan niet anders spreken, dan wat IK Hem  hoor zeggen". Prijst God! Halleluja! Als wij geen  acht slaan op Hem, vrienden, zullen wij niets weten.

In den beginne was het Woord, dit Woord is God. Halleluja.  Wij lezen het wel als Gods Bijbel, maar zegt Hij:" Mijn Woord is geest en is leven!" Zo wil God komen in uw hart en in mijn ziel, vrienden, opdat wij zullen weten dat God spreekt. Het is niet meer uw Woord, als u het brengt, het is niet meer mijn Woord, maar het is God Zelf die spreekt. Halleluja! 

In het 24ste hoofdstuk van het Evangelie van Mattheus, in de versen 3 t/m 5 en 14 lezen wij:  "En als Hij.....enz.
Mijn broeders en zusters, even tevoren was Jezus Jezus uit de tempel gegaan en kwamen Zijn discipelen tot Hem om Hem de gebouwen des tempels te tonen. Zijn discipelen hadden harten die gevuld waren met de dingen van de wereld. Harten die zich verheugden in vergankelijke schoonheid, in dat wat voorbij gaat, de schoonheid des tempels.

De Koning van het Koninkrijk
Maar waar was Jezus' hart mee gevuld?  Zijn hart was gevuld met de dingen van Zijn Koninkrijk. Dit is de kracht van Zijn bediening geweest. Dit is ook de kracht geweest van hen, die Hem later predikten. Want wie het Koninkrijk Gods wil prediken, moet één ding weten in zijn  leven, dat hij ook de kracht ontvangen heeft,  die hen zal moeten inbrengen in dat Koninkrijk.

En bovenal, die moet weten, dat hij de Koning van dat Koninkrijk vertegenwoordigd.  Niemand anders dan Jezus Christus, als de Koning van dat Koninkrijk gaf hun later die opdracht om dit Evangelie des Koninkrijks te prediken.

En wat wij de wereld ook zien doen, hoeveel verlangens, begeerten en zelfs hoeveel jacht er wordt gemaakt op heel andere lectuur dan de Bijbel, naast de geweldige opleving ziet u,  een hoe langer hoe meer afdwalen van Gods Woord. Toch  zegt Jezus:

"Dit Evangelie zal gepredikt worden,  aller volkeren tot een getuigenis, en dan pas zal het einde komen".

 

Het eerste zegel
Wat heeft er toch plaats onder de verbreking van het eerste zegel.?. (Openb. 6). Wij lezen van een wit paard, en van één  die daarop zat, hebbende een kroon op zijn hoofd en een boog in zijn hand.  

Wij lezen dat hij uitging overwinnende en tot overwinning. (Opleving van Pinksterbewegingen.) Hier heeft u de opmars van de Heilige Geest, die het Woord doet optrekken in heerlijkheid en met grote kracht en niets kan die opgang meer stuiten. Prijst God!

Dit. Evangelie des Koninkrijks zal gepredikt worden.  En de boodschap is uitgegaan, vrienden, van het eerste ogenblik waarop het eerste zegel werd verbroken in het Raadsplan van God.  En dit Evangelie gaat over de ganse aarde tot een getuigenis aller volkeren.

Het kan God niet schelen of zij het aannemen of niet, of zij het verwerpen of gehoorzamen, het gaat God hierom, dat Hij Zijn Woord zal vervullen.   Dat Woord, dat zegt: "het zal gepredikt worden tot een getuigenis", en er zal geen volk zijn op deze aarde die in Zijn dag voor Zijn Troon zal kunnen staan met het argument dat het hem nooit is gepredikt geworden.

God zegt: "het zál"
God zegt: "het zál". Halleluja!  Mogen wij allen hierin het voorrecht zien van het kindschap Gods. Als God u zet om te spreken, als God u roept om te gaan en te prediken, hoe wonderbaar is het dan met die verantwoordelijkheid te mogen wandelen, om niet te zwijgen maar om mee te doen aan die geweldige gigantische taak van een wereld te mogen bereiken.

Pieker niet: hoe moet ik het doen, hoe zal het gebeuren. Dat is de zaak van de Heer des Oogstes. God kent Zijn plan, God kent Zijn wegen, God kent Zijn middelen. Als wij maar gehoorzaam zijn om te gaan.   Here, doe maar zoals Gij wilt, gebruik mij maar zoals Gij wilt. En God zal u niet beschamen. Vrienden, wij leven in deze dagen dat juist, waar dit Evangelie des Koninkrijks gepredikt wordt, toch negatieve dingen plaats hebben.  Dat verleiding allerwege te vinden is. Hoe dikwijls hoor ik deze verzuchting uit de mond van Pinksterkinderen "Hoe is het toch mogelijk dat zulke dingen gebeuren, dat zij zich laten verleiden". Het profetisch Woord van Jezus zegt: "Zij zullen velen verleiden". Niet misschien, maar verleiding, vrienden, is effectief. U kunt niet wederstaan tenzij in de kracht van de Heilige Geest. Ja, hoe hebben wij Hem van node, ieder ogenblik, elk uur.

Het tweede zegel
Het tweede zegel vinden wij hier terug in de verzen Matt. 24: 6 en 7a van de Openb. 6 : 3,4 profetische rede, als Jezus zegt: "

Gij zult horen van oorlogen, en geruchten van oorlogen;
ziet toe, wordt niet verschrikt".


Wel, wij hebben twee geweldige oorlogen achter de rug en feitelijk is het, sinds 1914 - 1918 in deze wereld nooit meer zonder oorlog geweest. Openb. 6 : 3,4. de vrede is weggenomen.  D
De mens is  er altijd voor te vinden om gebruik te maken van taalspeling, zoals "koude oorlog". Zij spreken dan van "grensincidenten" als het leger van Mao Tse Tong een inval doet in India en edoden aan weerskanten vallen.   Men spreekt liever niet van oorlog. Dat klinkt zo hard in je oren.

En zo gaat het met vele dingen. De mens heeft het in zich, om zich te distantiëren van wat de waarheid is. Ik zal u een voorbeeld geven uit de praktijk. Toen ik nog een kleine jongen was, werd veel gesproken over tuberculose. En dat woord tuberculose had een onaangename klank, en vooral als die ziekte in je familie voorkwam. Het woord tuberculose had zo'n harde, afstotende klank.

En zo, naarmate er met de jaren, dank zij Gods genade, vorderingen werden gemaakt op medisch gebied, kwam ook de mens tot het zich distantiëren van die harde, naakte waarheid "tuberculose" en van lieverlede ging men spreken over t.b.c.Het klinkt zachter. En nog veel later, als er nog eens over gesproken werd, (want de statistieken zeggen dat m.b.t. de bestrijding van deze ziekte een grote overwinning is geboekt), hoor je alleen maar spreken over t.b.

En zo gaat het ook met veel andere dingen in het Raadsplan van God. Wij weten heel goed dat er zelfs in pinksterkringen vaak gezegd wordt: "Is dat nou zo erg? Zulke kleine zonden" ! Wij zijn er ons niet van bewust wiens adem wij ademen als wij zo spreken.  Leest de eerste bladzijden van Genesis om daarvan overtuigd te worden.

De duivel heeft nooit gesproken tot het eerste mensenpaar van zonde. 0, neen, dan zouden zij geschrokken zijn. Neen, hij wist hoe hij hun moest benaderen ("Eva, zou het nou wel waar zijn"?! ) Daarom, houdt ogen en oren goed open, en laat liever de Geest van God komen zoals Hij wil spreken.

Het is beter om te gewennen aan de kastijdende stem des Heren omdat u weet dat Hij kastijdt, opdat u niet met de wereld verloren zal gaan, dan om te luisteren naar de afslag van de Farizeër, de Schriftgeleerde en de Wetgeleerde, die u wil afhouden van de naakte waarheid. Hier leest u het, in vers 7 (Matth. 24) - "Want het eene volk .".."enz.

 
Het laatste neiuws?

Ik weet niet of u zich bij het beluisteren van radioberichten of bij het lezen van de krant hierover verder nagedacht heeft. Ik behoef er niet verder op in te gaan. Maar hier heeft u de Bijbel. Neemt u uw krant en zet het ernaast of neemt de wereldberichten en zet die er naast, neemt alles wat u wordt aangeboden als het laatste nieuws, zet het er naast. Wie zal zeggen, dat Gods Woord liegt?

"En als dit alles geschiedt,
 bedenkt dan dat Ik u alles heb voorzegt"

 
Telkens en telkens worden wij geconfronteerd met wat de Here zegt: "En als dit alles geschiedt, bedenkt dan dat Ik u alles heb voorzegt". De Heer heeft gesproken vér voor de tijden dat deze dingen zullen moeten plaats vinden. Halleluja! Hoe waarachtig is Zijn woord.  In de Bijbel staat geschreven: " Hij heeft Zijn Woord boven Zijn Naam groot gemaakt.". . Glorie voor God! Boven Zijn Naam! Het kan niet anders.

Dit Woord was in den beginne en dit Woord was bij God, en dit Woord is God. Halleluja! En in niemand anders is het zo groot geweest en zal het altijd groot blijven en onveranderlijk, dan in Jezus Christus, het vleesgeworden Woord. Het is dit Woord, in de geest, dat onder de overschaduwing van den Heilige Geest, als het ware, omwikkeld werd, ommanteld werd met vlees.

En in de schoot van de maagd Israel werd het een mens gelijk u en ik. Maar dank God. Hij is zondeloos geboren, opdat Hij in staat zou zijn, Gode evengelijk te zijn, zich dat geen roof achtende, om u en mijn zonde te dragen in dat albasten lichaam. Prijst God, halleluja!

Wat heeft Hij gedaan voor u en voor mij? Wat heeft Hij
er voor over gehad, vrienden, bedenk dit even, wat heeft Hij er voor over gehad, opdat dit Woord vervuld zou worden in deze dagen. Dit alles kon geen vervulling vinden in de eindtijd zonder de kruiziging van Jezus Christus. Niet alleen zonder Zijn geboorte, maar zonder Zijn kruiziging en natuurlijk ook zonder Zijn opstanding en hemelvaart. Glorie voor God! Maar toen Hij stierf, vrienden, toen was het, dat deze zelfde wereld, drie dagen en drie nachten zonder Verlosser was.  
Het rode paard
Kunt u zich dat realiseren! Drie dagen en drie nachten,  een wereld zonder Verlosser, zonder Heiland. Zij hadden Hem gekruizigd. Zij hadden Hem verworpen. Wat zegt nu het tweede zegel vrienden?  ( Openb. 6 : 3-4) - Daar lezen wij van dat rode paard, dat uit ging en die daarop zat werd macht gegeven de vrede te nemen van de aarde en dat zij elkander zouden doden en hem werd een groot zwaard gegeven. 

Het is deze vergelijking over en weer, die nu zal doen inzien, vrienden, dat de oordelen Gods met betrekking tot de laatste dagen elkaar overlappen.  Ik bedoel daarmede: nog steeds wordt het Evangelie des Koninkrijks gepredikt (1e  zegel) - overwinnende en tot overwinning.  Daar is geen nederlaag meer, vrienden, al schijnt het zo.

Al worden zendelingen vermoord. Al lezen wij van de vijf kruizen in de jungle van Equador. Al leest u van zoveel gruwelen achter het ijzeren gordijn. Maar God zegt: "Er komt geen nederlaag" . Het Evangelie des Koninkrijks is uitgegaan en wordt gepredikt.

"De ruiter op het witte paard, met boog en kroon, uitgaande om te overwinnen. Maar als dit plaats heeft, vrienden, dan ziet u wat er op de aarde gaat gebeuren, is gebeurd en nog steeds gaande is. (Geen vrede: Israel, Arabië, India, Cambodja, Thailand, Afganistan, Suriname enz.).  Oorlogen, geruchten van oorlogen, het ene volk opstaande tegen het andere volk.  Soekarno, die hoog in de boom klimt vanwege 16 September, Maleisië,  Brunai komt in opstand tegen Serawak  en Noord- Vietnam tegen Zuid- Vietnam.

Daar is de kwestie van India en Pakistan over Kasmir, en zo kunt u door gaan.  Zij noemen het maar op het ogenblik "rassenkwesties".  Maar, mijn broeder en mijn zuster, op de keper beschouwd, in de kern, is het toch op een gegeven ogenblik,  dat ook zelfs rassediscriminatie een uiting is van het ene volk tegen het andere, al willen wij het verbloemen, vrienden.

Als negers vervolgt worden op zulk een wijze als Afrika met zijn apartheid propageert en zegt: Engeland geeft Bechuanaland maar aan ons en al die protectoraten, wij zullen het beter doen en veel vlugger. Ik dank God, vrienden, de Bijbel zegt:"Alle boomen des velds zijn opgestaan". Alle boomen! Alle volkeren zijn in beweging. Alle natiën worden teruggedrongen binnen de begrenzingen die God hun heeft gegeven vanaf den beginne. En wij hoeven ons hoofd niet te breken, God zegt: "Het ene volk zal tegen het andere opstaan".
Manassa en Efraim
Hongersnoden, pestilentieën en aardbevingen in verscheidene plaatsen. Omtrent Indonesië is ons bekend, dat alhoewel in de grote plaatsen als Djakarta, Bandoeng, Soerabaja nog van alles te krijgen is - maar peperduur - maar in het binnenland van Java wordt al geprobeerd hoe ratten smaken.

Diepe armoede en hongersnood. Vrienden, het is een bekend feit dat Amerika op dit ogenblik de halve wereld voedt. Vele landen,  die in ander (politiek) opzicht zeggen, wij willen niets met jullie te maken hebben, zijn nu genoodzaakt om toch hulp te vragen.  Ik heb u al eerder gezegd, vrienden, dat wat Engeland en Amerika doen, slechts genade van God is, en niet omdat het Engeland is of Amerika, maar omdat het het profetisch Woord van God is, die dit tevoren voorzegt heeft.
 
Ik heb u gewezen op die machtige profetie in het zaadbed van de Bijbel - Genesis - waar Jozef zei:
 Ik ben er vanwege de Here om mijn broeders eten te geven".
Manassa en  Efraim, zijn zonen, in de profetische lijn van Gods Woord, zijn er om hun broeder te eten te geven. Wat vroeger maar in het klein was, is nu in het groot - een wereld.  Laten wij God danken voor Zijn Woord.  0, dank God, voor dat profetische Woord.

En iedere dag, hoe langer hoe meer, als u er inzit, vrienden, krijgt u het niet alleen lief, maar u kunt het ook niet meer loslaten. weet, u ervaart, dat het de waarheid is, de naakte waarheid, en dat het wordt bevestigd door de gebeurtenissen op het schouwtoneel van onze dagen.

God heeft gezegd! en dat is mij genoeg, iedere tittel en iedere jota zal Hij waar maken. Glorie voor God! Het raakt mij niet of mensen zeggen: ik geloof daar niet meer in! Voor mij is het het Woord van God.  En tegelijk zullen wij God rekenschap moeten geven.


God zegt: "Wie Mijn Woord eert, die zal ik eren. Wie mij beleidt voor de mensen, IK zal hem beleiden voor Mijn Vader, en Zijn heilige engelen".

 
Glorie voor God! Hallejuja! Daarom, vrienden, houdt ogen en oren wijd open. In deze laatste dagen moeten wij niet ophouden met God te bidden: Heer, zalf mijn zintuigen, Here, Ik heb een blik nodig die gezalfd is, opdat ik mag zien dat Plan van U!  En daarom ga ik ook spreken, juist in deze dagen, over zulke profetische onderwerpen, opdat uw ogen mogen opengaan; gelijkerwijs HIJ mijn ogen heeft willen openen. Moge de Heilige Geest uw ogen doen open gaan.

De 10 stammen
Daarom heb ik u gesproken over die twee huizen van Juda en Israel, die wij zo dikwijls met elkaar verwarren, maar die er werkelijk zijn in het plan van God. En als wij straks zullen horen van Jeremia en zijn opdracht en roeping, dan zal u zien, vrienden, waar het ons brengt in deze laatste dagen. God weet waar zijn Israel gebleven is. God weet waar die 10 stammen zich bevinden.

God heeft machtige profeten gehad, die profetieën hebben gesproken, dat zij zouden uitbreken naar het noorden en naar het westen. God heeft gezegd, dat wij ze moeten zoeken niet meer daar, maar op de eilanden ver over zee.En als wij het spoor volgen van Gods Profetieën, dan wordt het ons bang temoede.

Waarom! Wij komen te staan voor feiten, die haast aanstaande zijn. God heeft haast. Twijfelt u daaraan! Het is de Bruidegom die zegt:  " Ziet Ik kom haastelijk! " . En het is Johannes, representatief voor alle gelovigen, wedergeborenen en gedoopten met Gods Geest, die spreekt in de plaats van de bruid, hij aan wie de dingen der laatste dagen geopenbaard is:  "  Ja, kom! Here Jezus! Kom haastelijk! "

Wij hoeven niet altijd in verdriet neer te zitten of smart te ervaren of onder verdrukking gebukt te gaan of vervolgt te worden om iets in u te voelen opkomen, dat u doet hunkeren naar Zijn komst. 0, moge het ook de verlustiging zijn in ZIJN feilloos Woord, vrienden, en moge het ook zijn het werk van den Heilige Geest in u en in mij, die ons dagelijks doet verlangen.

Want de Bijbel zegt: "Het gansche schepsel zucht, als in barensnood zijnde, verwachtende de    dag van verlossing." Wanneer? Als Jezus komt!  De apostel zegt: "Wanneer, Heer"! En dan antwoordt HIJ en zegt: "Daar waar het dode lichaam is, daar zullen de arenden zich verzamelen". Daar is een volk van adelaars. God werkt in deze laatste dagen om te komen tot de vorming van dat volk.

Een volk van arenden. Glorie voor God! Aan wie het ook past, conform hert Raadsplan, om hun twee vleugelen te geven, als van een arend. God werkt, vrienden, met die wonderbare arendskracht in deze laatste dagen waardoor u een kind van God wordt en kan blijven tot dat Hij komt.

Ik wil het hier meteen inlassen. Een van de eigenschappen van de arend, vrienden, is dat je een arend niet kunt bedriegen. God heeft dat dier een stel ogen gegeven, dat al is hij bijna onzichtbaar voor uw oog, dan nog zijn zijn ogen zo, dat hij alles ziet wat er op aarde gebeurt. Dat is wat God bedoelt van de bruidsgemeente, dat is wat God bedoelt van bruidskinderen.

Hij geeft u dat vermogen, vrienden, Halleluja! Prijst God! opdat wij door Christus' inwoning in ons alle dingen zullen verstaan. De Bijbel zegt, vrienden, dat zij die gedoopt zijn, vervuld met den Heilige Geest, die worden door anderen niet onderscheiden. Zij onderscheiden anderen. Amen! Hallejuja! Wat een wonderbare bediening, vrienden om te weten, dat wij niet bedrogen kunnen worden.

Dat wij zo kunnen wandelen en gaan en staan met Jezus, dat Hij onze ogen kan zalven. En wij zien nu door de ogen van den Heilige Geest.  Het is soms nog moeilijk te verstaan! Waarom!? Ach, daar speelt nog zoveel van het vlees ons parten. Daar is nog veel dat wij moeten verliezen. God helpe ons, dat wij het maar vlug mogen verliezen.

Annanias, noch Safira konden Petrus voor de gek houden, vrienden. Het was niet mogelijk! Elimas kon Paulus niet bedriegen. Amen. Agrippe was een open boek voor de redenaar Paulus. En zo  kunt u  doorgaan in Gods Woord. Gehazi was een open boek voor Eliza. Hij las tot diep in mijn hart, vrienden. Dit is het voorrecht en privelege van bruidskinderen.

Een arendsblik
God geeft hun een arendsblik, Glorie voor God! Juist en vooral met betrekking tot Zijn Raadsplan. De Here Jezus Christus heeft in zijn profetische rede alles al gezien, tot de verste punten, en daarom kon Hij spreken met zo'n vastheid, zo'n zekerheid.en: "Ziet, IK heb u alle dingen voorzegt". . Daar is niets wat Hij vergeten heeft, vrienden. En dat is wat God wil. Dat Hij ons deelgenoot kan maken. Als kinderen, wetende wat de Vader heeft te vertellen.

De verloren zoon
Mag u dit uw voorrecht  zien met een gelijkenis uit de Bijbel! De ervaring van de verloren zoon is meerder dan die van de zoon die thuis gebleven is. Ik wil daarmee niet zeggen: wordt nu maar een zondaar, dwaal nu maar af, en loop nu maar weg. Dit bedoel ik niet, vrienden.

Maar ik wil u alleen maar laten zien, de heerlijkheid, de wonderbare glorie en kracht die geopenbaard kan worden, door de Vader, in het leven van degene die zich bekeert en terugkeert naar huis. Prijst God! En dezulken zijn wij. Uit slavernij vrijgemaakt, vrienden, maakt Hij van slaven koningskinderen. Amen! Halleluja! Prijst God!

Het derde zaegel
Wij gaan verder. Al die dingen zijn maar een beginsel der smarten. Ik heb u zonet van vers 7b en 8 gesproken (Matth. 24) die vallen onder het derde zegel, die u in Openbaring 6 vers 5 en 6 kunt vinden waar u aldus leest:" En toen het derde zegel ... "enz.  Spreken de tijden een andere taal! Neen! Boze taal kunt u ook nu beluisteren. Ja maar, broer, het is toch nog niet zo erg. Dat is juist nu te doen verstaan. Als het ene zegel nog werkt, dan is het andere zegel al begonnen. En alles spoed zich voort naar het einde en alle dingen zult u aantreffen tot het einde. Alle zeven zegelen gaan open voor de grote verdrukking.

Maar al de verschrikkingen van de opening van die zegels gaan door tot en met het einde. Wij kunnen niet zeggen en in ons denken: "o, nu is het afgelopen of nu komt dit". Neen! Terwijl het ene nog aan de gang is en in toenemende mate zich aan ons voordoet, komt de ontwikkeling van het andere al aan. U kunt het enigermate hiermede vergelijken.

Men verheugd zich en klapt in de handen, staatsvijand nummer één, die t.b. is overwonnen. Maar nauwelijks kent men die blijdschap - die t.b. is er nog wel, maar niet meer in die mate als in den beginne - of wij zien de ontwikkeling en de toenemende bedrijging van een nieuwe ziekte, de kanker.     

En zo gaat het verder. Als de mens zich straks verheugd op de overwinning van die kanker, de volgende dag is er weer wat anders. Dat wil ik even aanhalen ter illustratie, opdat u begrijpt wat ik bedoel. Hij weet dat hij nog maar een korte tijd heeft, de duivel en satanas. Hij zal niet rusten, vrienden, en zijn schatkist zit nog vol met verrottingen. Hij heeft nog meerdere en grotere verrassingen dan die u vanavond zijn aangeboden geworden.

En één ding vraag ik mij telkens af, als ik in dat boek Openbaring bezig ben: "Here, wat zag uw apostel toch werkelijk met betrekking tot de eindafwikkeling van de laatste dagen. Wat moet hij toch hebben gezien! In soberheid neergeschreven, in zulks eenvoudige taal en bewoordingen staat alles vermeld, maar o, het hart van Johannes zal dikwijls ineen gekrompen hebben van angst en beven voor wat er gaat gebeuren.

Wat moet hij gezien hebben met zijn profetische blik. Hij heeft het niet alleen neergeschreven, God heeft hem deze dingen getoond. In het begin van het boek Openbaring kunt u het lezen. En straks gebeuren deze dingen, vrienden, als die hemellichamen gaan bewegen, als deze aarde uit zijn middelpunt wordt gerukt en als een dronken man heen en weer zwaait.

Als straks werkelijk die zon zal verduisterd worden en geen licht meer zal geven. Als werkelijk die maan zal veranderen in bloed en zal druipen van bloed, als wij werkelijk een sterreregen zullen meemaken zoals nimmer tevoren. Mijn broeder en mijn zuster, wat moet er dan gebeuren. Onlangs, dat is nog  niet zo lang geleden, viel er in een deel van Amerika hagel.  

Het waren hagels van die grote, dat je zelfs een hond niet op straat kon jagen, geen vee kon je meer buiten houden, ze liepen weg. En toen zei ik nog: als dit al zo is, hoe is het dan mogelijk dat men het Woord van God niet geloofd, die daar spreekt van hagel als duiveneieren zo groot en dat wij hierdoor gedood zullen kunnen worden.

 Vriend, God kent Zijn middelen. Eén ding is het, dat wij mogen leren en geloven: als Zijn oordelen op de aarde zijn, dan leren de volkeren gerechtigheid. Het is treurig maar het is waar, dat God zo'n weg gaat. Halleluja! Onder Zijn toelating gaat het door een zeer diep dal.  Mogen wij de ervaring kennen van de Psalmist en zijn herder:  

Al ga ik ook door een dal van de schaduw des doods, iik Vrees geen kwaad, want Hij is met mij."

Wij die door het geloof deze dingen mogen kennen,  zeggen wel eens: "Och, Heer, laat het maar gauw gebeuren"!  Dikwijls heb ik thuis gezegd: "Als de Heer vandaag tot mij zou spreken: maak je bereid, morgen neem ik je mee naar huis, dan zal mijn antwoord zijn: halleluja, Heer, liever vandaag dan morgen: .

Totdat Gods Geest mij ontdekte en mij zei: Waarom verlang je er zo naar. En ik moest bekennen, diep in mijn hart, "Ja, Heer, opdat ik dit alles zal ontlopen, alles wat er nog komen moet". En de Heer zei tegen mij: "Wat vreest gij! Ben ik niet met u; Alle dagen tot aan de voleinding. 0, glorie voor God!  Wat een wonderbare tijd waarin wij mogen leven.

Wij worden toeschouwers, aanschouwers gemaakt van een heerlijkheid waarnaar de oude profeten, mannen Gods, hebben uitgekeken. Zij hebben gesproken en geprofiteerd van de dingen die zich nu afspelen in uw leven, in onze dagen. Wat een voorrecht om daaarvan getuigen te mogen zijn.

Vele dingen zijn pijnlijk en benauwend, maar vergeet nooit, achter al deze dingen is een God, Wiens ogen de ganse aarde doorlopen bij dag en nacht, om zich sterk te bewijzen in Zijn liefde aan degenen die Hem zoeken. Geen waarheid zoeker, vrienden, blijft in de leugen.  

Jezus zei: "IK ben de waarheid! IK BEN".

En Hij is dezelfde die zegt: quot; Ik ben met u, alle dagen" !

De waarheid is met ons, vrienden, ja door genade in ons! Alle dagen tot aan de voleinding der wereld. Glorie voor God! Nooit verlaten, nimmer begeven, altijd nabij! Halleluja! 0, glorie voor God! Wij wonen in de Arke des Verbonds. In de Arke van de Vader, van de Zoon en van de Heilige Geest en als God voor ons is, wie zal tegen ons zijn! Amen!

Wij gaan verder en wij lezen in de profetische rede in de verzen 9 t/m 13 - "Alsdan zullen zij u overleveren in verdrukking en zullen u doden en gij zult gehaat worden van alle volkeren om Mijns Naams wil. En dan zullen er velen geergerd worden en zullen elkander overleveren, en elkander haten enz.

Het vierde zegel
Wel, mijn broeder en zuster, na bij vers 7 en 8 stilgestaan te hebben bij het vierde zeel, dat wat wij vinden in Openbaring 6 - het vale paard - en die daarop zat,zijn naam was de dood, enz Dit zal niet alleen zijn letterlijk, maar dit zal bovenal ook geestelijk zijn.  Want wat zijn mensen die elkander zoeken te doden anders dan beesten in Gods oog. Die beestachtige natuur komt zo tot uiting als het ene volk er op uit trekt om het andere volk te vermoorden.

He vijfde zegel
De oorlog, heeft eens een schrijver gezegd, is de kermis van satan. Maar, mijn broeder en mijn zuster, hierna komt wat wij zonet samen gelezen hebben en hetgeen wij in Openbaring 6 terug kunnen vinden, onder het vijfde zegel (verzen 9 t/m 11). 

Mijn  vrienden, ik heb u net gesproken over het vierde zegel, onder  de verzen 7 en 8 van Openb. 6, in overeenstemming met de verzen 7 en 8 uit Mattheus 24. U kunt voor voor u zelven al nagaan, dat wij leven onder dit zegel. Als het nu al de opening van het vierde zegel is, en wij weten dat er nog drie komen, omdat er in totaal zeven zijn, wordt het u duidelijk, dat wij al over de helft zijn.

Wordt het u duidelijk hoe ver wij al gevorderd zijn in deze laatste dagen, en wat er nog meer voor de deur staat en hoe kort dag het nog maar is. Kort voor u en voor mij, want als dat zesde zegel opengaat, vrienden, (verzen 29 en 30) en u leest in Openb.6 het 12e vers en het 17e vers van Openb.7. En toch zegt de Here met betrekking tot dit alles: "Nog is het einde niet".

Nog is de voleinding niet daar. Maar al deze verschrikkingen moeten eerst plaats hebben voordat de voleinding zal komen. De gemeente van Jezus Christus, alhoewel niet gaande door de grote verdrukking, zal toch het beginsel der smarten kennen, zal toch ervaren wat het is om vervolgd en verdrukt te worden om Zijn Naams
wil.

Het Woord van God, m.b.t. deze laatste dagen, zegt ons, dat er van drie grote vervolgingen sprake zal zijn - hier lezen wij van één van die in Openb. 6:9 en van een ander in Openb. 7:9, m.b.t. de verzegeling van de 144.000 en de ander in Openb. 12:17.

Al deze vervolgingen zijn aanstaande en staan voor de deur, vrienden.  Weet u waarin ik geloof en God geve u dat even dierbaar geloof: ik geloof dat de bruidsgemeente van de Here Jezus Christus geroepen is om haar aandeel te leveren in de slotbediening van de laatste dagen.

God laat in deze tijden van de opening der zegelen Zijn gemeente niet afnemen, maar toenemen in kracht en in heerlijkheid en in glorie. Prijst Zijn wonderbare Naam! Voor ons oog is dat niet zo. Als u kijkt naar al dat gedoe in deze geestelijke wereld, dan wringen wij de handen en wij willen er liever niet meer aan denken. Waarom! Ach, daar is niets te hopen, verloren is het.

Maar, vrienden, dat is bij u zo, bij mij, maar niet bij God. God zegt:  | Hij heeft Zichzelven voorgesteld een gemeente zonder vlek en zonder rimpel", En die gemeente zal er straks zijn en daarom geloof ik, dat waar God deze progessieve geest heeft in de gemeente, in Zijn lichaam, dat Hij die gemeente een bediening zal geven, die boven bidden en boven denken uitgaat.


Het staat zo in Gods Woord ook, vrienden. Slaat u maar op 1 Kor. 6:2a, waar staat: "Weet gij niet, dat de heiligen de wereld oordelen zullen: 1 en in 3a: : Weet gij niet, dat wij de engelen oordelen zullen". Tot welk een bediening denkt u zijn de bruidskinderen gezet  m.b.t. de laatste dagen.

Als heiligen Gods zullen zij de wereld oordelen. Wat een bediening, mijn broeder en mijn zuster. Maar dan niet meer met het oordeel dat wij mensen zo graag willen vellen, maar met een rechtvaardig oordeel van een wonderbare en trouwe God. Het oordeel omdat de Heilige Geest zo'n inwoning heeft gemaakt in de bruidsgemeente en zij zal staan, zo subliem, zo gelijk gemaakt aan haar Hemelbruidegom, dat zij zal de wereld kunnen overtuigen van zonde, van gerechtigheid en van oordeel.

Doordat Hij in haar woont en Jezus Christus openbaar wordt in de gemeente en daarom geloof ik, uit het diepst van mijn hart, dat in de laatste dagen alles met betrekking tot de eindafwikkeling van Gods Raadsplan, geopenbaard wordt, niet meer in het individu maar in het lichaam, in de gemeente als totaal, opdat in deze laatste dagen wij niet zullen kunnen zeggen: zie je, hier ben ik nou!

Neen! De glorie van God wordt hierin uitgesproken: Christus onder u de hope der heerlijkheid. Deze bediening nu, dit wat de gemeente wordt gegeven, vinden wij voorafgeschaduwd, ter illustratie in dat zesde hoofdstuk van Jezus, waar wij lezen van die priesters. Daar waren in totaal 7 priesters en van die zeven priesters werd gezegd dat zij uitgingen voor de Arke des Verbonds, dan kwam de Ark en dan kwam het krijgsvolk.

Zij hadden zo op te trekken, ook terwijl zij rondom Jericho liepen. Eenmaal de eerste dag, enz. 6 dagen lang. De zevende dag, in dezelfde ordening, trokken zij wederom, maar dan zeven malen rondom die onneembare vesting Jericho. En alle zeven priesters hebben op hun ramshoorn geblazen, geen enkele uitgezonderd.

En zoals deze zeven priesters het volk des Heren hebben geleid in de eindoverwinning over Jericho, zo heeft God in Zijn Raadsbestel eveneens zeven boodschappers, die straks ook zeven bazuinen zullen laten slaan, met zulk een zekerheid en met het slaan der bazuinen zullen zij de legerscharen des hemels leiden tot de eindoverwinning op de antichrist en zijn horden.  Prijst God! 

Het Raadsplan van God, vrienden, kent altijd ordening. De ordening zoals God die heeft bedoeld in Zijn Woord, die het Raadsplan van God - waar ook in de Bijbel - in elkaar doet passen, als bouwstenen die eenmaal zo zijn gevormd, de een op de ander afgepast. Wij hoeven niet meer te slaan of te bikken.
 

Wat Gods Geest vormt, dat kunt u in elkaar leggen, zodanig, dat wat u nu niet ziet, dat wordt u straks duidelijk en duidelijker en duidelijker, opdat wij allen als kostelijke stenen zelf worden gevoegd samen tot een geestelijk huis. Halleluja! Prijst Zijn wonderbare Naam!.    

Wel, mijn broeder en mijn zuster, dat is die eindoverwinning, die ons wacht en die straks met zekerheid kan worden verwacht. Alleen, zij die tot die Bruidsgemeente behoren, zij zullen de overwinning in zichzelven al eerst hebben. Wij lezen hier in de profetische rede (vers 26 t/m 28): : Zo zij dan tot u zullen zeggen...... "

Het is nu m.b.t. die toekomst van de Zoon des Mensen, dat de Heer hier in Lukas 17 spreekt over die gebeurtenissen, die dikwijls zo moeilijk verstaan worden en die soms plotseling naar voren komen, juist daar waar wij het helemaal niet verwacht hebben, en dan spreekt Hij  over "twee in bed" - "twee achter de molen|", " twee op de akker".


En telkens zegt Hij erbij:"één alleen wordt aangenomen, de ander wordt verlaten,  de ander blijft achter.  En dan besluit Hij dat en spreekt dan zodanig, dat Zijn discipelen Hem antwoorden en tot Hem zeggen: "Waar Heer!" En dan terugkomende op dat ene vers wat ik u zoeven gelezen heb van die arenden en dat dode lichaam, zegt Hij  ook in dit verband van Lucas 17:37

"En Hij zeide tot hen: " Waar het lichaam is, aldaar zullen de arenden vergaderd  worden".

Daar is dus een tijd, vrienden, die tot de toekomst van onze Here Jezus Christus behoort, niet tot de voleinding, maar die dus als teken gegeven wordt voordat de Zoon des Mensen wederkomt, voordat de Here wordt geopenbaard, waarin dit moet plaats hebben.

En dit nu heeft plaats in dat middernachtelijk uur. Dit zijn nu degenen waarvop Hij  komt. Bekend, verwacht, alleen door hen, die omdat zij gereed zijn, uitgegaan zijn de Bruidegom tegemoet. En zij gingen in en de deur werd gesloten.

 

HOME ~ SITEMAP


Deze lezing hield  Br. Theijs  in 1953 

 Zr. Verbeek heeft deze stenografisch opgenomen en  Br. Risakotta werkte de tekst uit..