Verleidede geesten

en leringen der duivelen

____________________________________

Home - Sitemap

 

1 Timotheüs 4:1

"Doch de Geest zegt duidelijk,

dat in de laatste tijden sommigen zullen afvallen van het geloof, 
zich begevende tot verleidende geesten en leringen der duivelen."

 


Zevende Dag Adventisten (ZDA)
___________________________

De grondleggers hiervan waren William Miller (1831) en Mrs. White.
Na haar dood in 1917 is zij opgevolgd door Conradi, door wiens stuwkracht het ZDA een tijdperk van grote bloei en grote invloed heeft beleefd. Zij zijn intensief werkzaam. Hun documentatie vinden wij in ongeveer 800 talen en dialecten, verspreid in ca. 300 landen. Zij spreken over ruim 600 radiostations over de wereld, en geven ruim 280 tijdschriften uit in 200 verschillende talen, waaronder ook het Nederlands.

   Duizenden beroeps colporteurs zijn in hun dienst.
Zij geven gratis Bijbelstudies uit onder de titel "De stem der profetie". Hieraan nemen ongeveer 5000 cursisten deel. U begrijpt welk een opgang het ZDA heeft gemaakt in de wereld, in het bijzonder toen Conradi de opvolger werd van Mrs. White. Hij heeft er alles voor gedaan om het ZDA, de grootst mogelijke vlucht te doen nemen.

   Hun invloed heeft een verstrekkende betekenis.
Niet dat wij daarvoor bang behoeven te zijn, maar als wij zien wat er aan activiteit bestaat op het gebied van de valse leringen, dan is het bedroevend aan de andere kant, te zien hoe het volk van God in activiteit tekort schiet, terwijl wij toch zeggen de waarheid te kennen.
Als wij zien wat de Jehova Getuigen over hebben voor wat niet Schriftuurlijk en vals is, dan is het bedroevend als wij zien wat het waarachtige Christendom presteert in deze dagen. Laten wij daarop letten.

   Het ledental van het ZDA beloopt bijna 1 miljoen;
hun theologische scholen tellen ca. 5000 studenten en zij hebben ongeveer 400 docenten in hun dienst. Wij denken hierbij terug aan de tijd van Elia, toen Achab en Izóbel bijna geheel Israël hadden gebracht tot afgoderij, en Elia dacht, dat hij één van de weinigen was, die was overgebleven - wellicht de enige.
Maar God zei: er zijn er nog 7000, die hun knieën niet voor de Bael hebben gebogen! In ieder geval ligt zo de verhouding in de de laatste dagen: velen zullen afvallen van het geloof en zich begeven tot verleidrnde geesten en leringen der duivelen.

   Bij het aanbieden van hun lectuur e.d. komt het ZDA nooit openlijk voor de dag.
Hun lading wordt steeds weer gedekt door een andere vlag. Goed bedacht, maar niet eerlijk! Hun dwalingen en valse leerstellingen zijn menigvuldig. Het ZDA hecht meer waarde aan wat Mrs. White heeft geproclameerd en te boek gesteld, dan aan de uitspraken van de Heilige Geest.  Het ZDA voert als bewijs aan, dat hetgeen Mrs. White hun heeft nagelaten, meer geëigend, meer passend is voor deze moderne tijd. 

___________________________________________________________________________

Zo hechten ook de Mormonen meer waarde aan het "Boek van Mormon" dan aan de Bijbel. Zij willen uit dat boek verklaren, dat de Bijbel niet helemaal volledig is, terwijl wij uit de Bijbel kunnen weten, dat het "Boek van Mormon" onwaarachtig is.

__________________________________________________________________________


Hun dwalingen komen in het kort hierop neer:
> Zij ontkennen de genoegzaamheid van het offer van Christus
als de enige en volkomen wet tot Zaligmaking.

>  Zij zeggen, dat satan de zondedrager is en de plaatsvervanger voor onze zonden.
Zij komen daartoe op grond van Leviticus 16. Eens per jaar, op de Grote Verzoendag, werd het bloed van het zondoffer door de hogepriester van Israël gedragen binnen de Voorhang. Wij lezen in dat hoofdstuk van de zondebok, die weggezonden werd, en het ZDA zegt, dat deze zondebok het typebeeld is van satan. Zo komen zij tot de vals de leerstelling, dat satan degene is, voor ons tot zondedrager én plaatsvervanger is gemaakt. Wij weten wat de Bijbel dienaangaande leert!

> Het ZDA leert, dat de Here Jezus Christus, toen Hij op aarde kwam, onze zondige natuur heeft aangenomen, terwijl de Bijbel zegt, dat Hij zondeloos was; voor ons tot zonde gemaakt is geworden. Het heilige, dat uit Maria geboren zou worden, was uit de Heilige Geest.

> Het ZDAheeft ook een onschriftuurlijke opvatting van de z.g. ziele-slaap en de vernietiging van alle ongelovigen, satan incluis, straks in het oordeel voor de grote witte troon.
De Bijbel leert, dat zij voor eeuwig zullen worden geworpen en gepijnigd in de poel des vuurs.

> Het ZDA leert, dat het Duizendjarig Rijk, straks op aarde wordt teruggebracht in een staat van woestenij, ontledigd van alle inwoners, om te dienen als gevangenis voor de duivel en zijn trawanten. Volgens hen heeft Christus' heerschappij alleen
betrekking op de nieuwe aarde. Zij loochenen dus helemaal het Duizendjarig Rijk van Christus op aarde.  De gezonde leer wordt door hen verkracht!

_______________________________________________________________________

Ook kent het ZDA nog verschillende eisen.
Men eist van de ZDAdventist of van wie tot deze beweging wil behoren, dat zij de tienden betalen. Dit is een plicht, anders bent u geen ZDAdventist.   Zij eisen de voetwassing. Zij eisen de broederkus bij de bediening van het Heilig Avondmaal. Daarenboven eist het ZDA voor zich op, het monopolie van de alleen zaligmakende kerk te zijn (net zoals Rome en de Mormonen).

   Zij verwijzen ieder, die hun leerstellingen niet aanvaart, regelrecht
naar de hel. Zij kennen wel zoveel burgerlijke beleefdheid, dat zij u dit niet in uw gezicht zeggen, maar het komt wel hierop neer. Rome en de Mormonen zeggen hetzelfde.  Het frappante in de geschiedenis is, dat  alle andere kerken zich erg druk gemaakt hebben om het ZDA, behalve Rome. Dit verraadt op menig punt een zekere aanraking. (Een dief zegt niet gauw van een andere dief, dat hij een dief is.).

   Welke geschriften zijn er zoa in de loop der tijden door het ZDA de wereld ingezonden? Een van de eerste werken was een heiligdomstheorie van Mrs. White, getiteld "Stralen des lichts". Een werk van Miller is de "Advent Herald"; verder nog "Present Truth" (De huidige Waarheid) door Mrs. White.

   Een in het Nederlands vertaald boekje, dat veel door hen wordt aangeboden, heet "Schreden naar Christus". Wees voorzichtig als u dit boekje leet, want het lijkt allemaal mooi, maar als u niet oppast, raakt u verstrikt in hun leerstellingen, die niet overeenkomstig de gezonde leer zijn.

   Drie dwalingen, door het ZDA begaan, hebben gemaakt, dat het arm is aan blijdschap. U zult een ZDAdventist nooit zo zien jubelen als een werkelijk vrijgemaakt Christen. Hij leeft onder het juk van de wet, omdat hij niet erkent, dat niemand die wet kan houden zonder te struikelen. Wie struikelt in één ding, is schuldig aan de gehele wet. Dit legt een domper op het leven van de ZDA dventist.

   Daarbij is hij koud van hart. Hij is ook heet van hoofd, want hij kan met u strijden aan de hand van wettische uitspraken, van de vroege ochtend tot de late avond. De ZDAdventist is ook gevoelloos jegens andersdenkenden. De wet zou hem kunnen brengen tot medeleven, tot liefde voor anderen, maar dat is er niet bij. Alleen wat zij zeggen, is goed..

Deze dwalingen komen hierop neer:
het stelt de letter boven de geest van de wet. De Bijbel zegt: de letter doodt! Zij passen de onveranderlijkheid van Gods principes toe op de vorm i.p.v op het wezen van de wet. Als u het maar letterlijk doet, dan is het goed. Straks zullen wij zien waarin dit ontaardt. Het ZDA erkent absoluut niet het wezenlijke onderscheid tussen de tijdsbedelingen.  De Bijbel leert:

 - van Adam tot Mozes zonder wet;

- van Mozes tot Christus onder de wet;
- vann Christus tot het einde van deze bedeling des tijds onder de genade.


   Daar willen zij nietsvan weten.
Zij zeggen: van Adam tot in der eeuwigheid de wet en niets anders damde wet. Zij hameren op die wet, ofschoon zij voor zichzelf allang tot de ontdekking zijn gekomen, dat zij frauderen t.a.v. de ganse wet, omdat er geen enkel gebod is, dat zij voor 100% kunnen houden. Zij stellen de vorm boven het wezen. God heeft Zijn beginselen juist niet in de vorm willen vastleggen, maar bovenal in het wezen.

- Matth. 23:23.
- Al zou u de wet willen onderhouden in zijn letterlijke vorm, als dit niet gepaard gaat met de barmhartigheid, die God kent, is het van nul en gener waarde. Het doen van de wet zonder het wezen te kennen, brengt u tot Farizeisme, drijft u tot een schijnheilige houding; u komt tot schijnvroomheid. Dit kleeft het ZDA aan.

   De ene afwijking brengt onherroepelijk de andere met zich mee, omdat zij halsstarrig aan de wet vasthouden. Eén van hun stokpaardjes is de sabbat, die zij op zaterdag houden. Zij zeggen: vervloekt is een iegelijk, die de zondag als sabbat houdt, want dat heeft God nooit geleerd. 
Wat leert de Bijbel aangaande de sabbat?

- Deut.. 5:12 t/m 15.
- De sabbat als wet is een zuiver Israëlitische instelling, dus alléen bedoeld voor het volk van Israël (vergelijk Deut. 5:1 - Hoor, Israël!). Dit zou al genoeg moeten zijn voor een eerlijk hart. Op die sabbat in Israël moest alles en allen rusten. De ZDAdventist staat op de sabbat 's morgens vroeg op, maar hij moet toch zijn kopje koffie klaarmaken enz. 

   Men komt tot schijnvroomheid met al de aankleve daarvan. (Bij de Gereformeerden wil men op zondag de kleren niet drogen in de tuin; daarom hangt men ze op de vliering, dan ziet niemand het. God is blind, Hij kijkt niet door de dakpannen heen....) . Men gaat rekening houden met de mens. Zulk geloof wordt wanstaltig. Niets is zó door Jezus gegeseld als juist de schijnheiligheid en de schijnvroomheid.   De Bijbel leert dat wij alle schijn des kwaads moeten vermijden.

- Deutr. 5:15.
- Hieruit blijkt duidelijk, dat het vieren van de sabbat verband houdt met de verlossing uit Egypteland.

- Exodus 20:1 en 2 .
- De Here God benadrukt, dat zij allereerst op Hem acht moeten ge ven, Hem moeten dienen. Zij moesten dus komen tot God, niet tot wat vom was in hun leven.

- Exodus 31:13 t/m 17.
- Al deze teksten bewijzen, dat de sabbat uitsluitend voor Israëlel bestemd was als verlost volk.

- Ezechiël 20:12 en 13.
- Ook hier staat duidelijk vermeld, dat dit betreft het huid Israëls.

- Genesis 2:3.
- Als u dit vers good leest, komt  u tot de conclusie, dat God hert houden van deze zevende dag nooit  heeft gegeven als een wet, want het is geografisch onmogelijk om overal ter wereld op dezelfde dag sabbat te houden. God heeft dit aan Israël gegeven als wet vanwege het feit van de verlossing.

   Wij leven onder het Nieuwe Verbond.  Wij leren uit de Bijbel, dat aan Abraham het Nieuwe Verbond werd beloofd, lang vóórdat het Oude Verbond werd gegeven (in Izak zullen alle geslachten des aardrijks gezegend worden), want Abraham leefde niet onder de wet, maar onder de genade.

   Israël is van Abraham afkomstig, maar vanwege hun overtredingen, hun weerspannigheid en halsstarrigheid moest God die wet geven. Abraham heeft nooit een wet nodig gehad! Hij heeft God geloofd en het is hem tot rechtvaardigheid gerekend. Van ons wordt gezegd, dat als wij desgelijks doen, wij Abrahams kinderen zijn. Wat moet ik dan nog met die wet? Hij schenkt ons uit Zijn volheid genade voor genade!

- Gen. 12 t/m 18.
- God heeft Zich met Abraham bemoeid, enkel en alleen uit genade. Hij was opgegroeid te midden van de afgoderij van Ur. Zijn vader Terah was een maanaanbidder. In deze hoofdstukken ziet u hoe Abraham God leerde kennen, Wie hem heeft geleerd Gode gehoorzaam te zijn en hoe God hem de weg heeft geopend. Dit is allemaal gebeurd door genade.

- Gen. 22:15 t/m 18.
- Hier leest u van het offer van Izak. Ook daar is sprake van genade, want God voorzag in de ram. God eiste van Abraham wat Hijzelf eenmaal zou doen in de volheid des tijds, door te komen tot de offerande van Zijn eniggeboren Zoon. Door genade kon Abraham die weg gaan.

- Galaten 3:17.
- God heeft de wet niet doen komen om de belofte,  die Hij Abraham deed, teniet te doen, maar die wet was nodig om een ongehoorzaam volk op het goede pad te houden, in dienstbaarheid aan die God, Die hen verlost had uit het diensthuis van Egypte.

- Joh. 8:56.
- Wanneer in zijn leven zag Abraham die dag? Toen God tot hem kwam bij de bossen van Manre em hem de belofte gaf aangaande de enig-beloofde en enig-geboren zoon Izak.  Hij heeft zich verheugd in de belofte van God, dat in zijn zaad alle volkeren der aarde zouden worden gezegend.

   Het Oude Verbond wordt dan ook niet "oud" genoemd, omdat het ouder in jaren is dan het Nieuwe Verbond; ook niet, omdat het vooraf ging aan het Nieuwe  Verbond, maar uitsluitend omdat het op een gegeven ogenblik opzij gesteld werd ten gunste van het Nieuwe Verbond, dat in werking moest treden en dat alleen geldend kon worden gemaakt, als het Oude Verbond terzijde gesteld werd. Dat betekent echter niet, dat het oude waardeloos was.

- Hebr. 8:13.
- Deze dingen zijn allemaal nodig om straks de ZD Adventisten te kunnen ontmaskeren aan de hand van Gods Woord.

- Gal. 3:19.
- De wet werd uitsluitend gegeven vanwege de overtredingen van Israël en heeft stand gehouden totdat het beloofde Zaad kwam, Jezus Chrtstus. Toen hield de wet op te bestaan. Een Nieuw Verbond kwam daarvoor in de plaats.

   Wat God eeenmaal gezegd heeft door Zijn dienstknechten, profeten enz. kan God niet onvervuld laten. Hij is geen mens. Wij kunnen iets beloven en het niet doen; maar wij behoeven nooit te twijfelen aan Gods bedoelingen, noch aan Zijn trouw. De wet heeft ongeveer 1500 jaar standgehouden en werd na de kruisdood van Jezus terzijde gesteld.

- Col. 2:14 en 15.
- Christus heeft over dit alles getriomfeerd door Zijn kruisdood.
Wat leert de Bijbel nu aangaande deze wet? Het Z.DA. hamert n.l. niet alleen op het houden van de sabbat als onderdeel van de Wet (voor hen het hoofdthema), maar het zegt ook: al gelooft u in Jezus Christus en al gelooft u, dat u door uw geloof in de Schrift gerechtvaardigd wordt, als u de tien geboden niet houdt, bent u verloren. De Bijbel leert het volgende aangaande deze wet.  Het was deze wet, die God in steen liet graveren en die eenmaal terzijde werd gesteld, omdat Christus het einde van de wet is. Wat voor nut heeft het anders om na Zijn kruisdood de wet nietig te verklaren?

- II  Cor. 3:7 11. 
- Wat werd teniet gedaan? Die wet. En toch was die wet heerlijkheid, maar een heerlijkheid, die niet te vergelijken was met de heerlijkheid, die blijft -  het leven in Jezus Christus.  De Apostel stelt het dus zo, dat ofschoon deze wet de bediening des doods was, (want de wet zegt: gij zult..., anders... het was gebod op gebod, regel op regel), nochtans was deze in heerlijkheid; zó heerlijk, dat hij die heerlijkheid vergelijkt bij de heerlijkheid, die van Mozes' aangezicht straalde.

   Maar Paulus zegt erbij: "die eenmaal teniet gedaan zou worden". Die heerlijkheid van Mozes ging voorbij, toen hij niet meer in hun midden was op aarde. Zo ging ook eenmaal de heerlijkheid van die harde wet voorbij, n.l. toen het nieuwe kwam. Hoeveel te meer zal dan de bediening des Geestes in heerlijkheid zijn, want het is juist de Geest, die heerlijkheid geeft aan alle dingen. De letter doodt, de Geest maakt levend.

- Ook in Rom. 10:3 t/m-10
- treffen wij een duidelijk woord hierover aan.

- Vers 4
-  De wet kon geen stand houden, toen Christus gekomen was. Het gaat nu niet meer om geloof in de wet, maar in Christus.

 - Vers 5
- Wie heeft deze dingen kunnen doen? Niemand, geen mens. Daarom moest Christus komen - Hij alleen kon de wet vervullen. Wij hebben ons niet bezig te houden met dingen, die wij onmogelijk kunnen navolgen en betrachten. Houd u liever hiermee bezig - "Nabij u is het Woord, in uw mond en in uw hart" (vs.8). . Dat hebben wij te geloven.

   Mond en hart staan met elkaar in verband. Hier wordt ons duidelijk gemaakt, dat wat wij geloven volkomen gedekt moet worden door wat wij berijden, en wat wij spreken, moeten wij ook waarlijk in ons hart geloven. Als wij dit laten samengaan in ons leven, dan komt de ziel tot gehoorzaamheid aan Christus. Als het één het ander niet dekt, dan wijst dit op een schuins marcheren in uw geestelijk leven, dan loopt u geestelijk kreupel.

   Onze mond behoort Gods spreekbuis te zijn. Een Christen in de Bijbel is een mens, vervuld met de Heilige Geest. Als Hij in uw hart troont, kan uw mond niet anders spreken! Paulus heeft ons hierover nog méér licht Willen geven in:

- Rom. 7:4.
- Doordat dit de Heer is overkomen, zijn wij vrijgekomen van de ons veroordelende wet. Paulus brengt hier de feiten van dood en opstanding naar voren. Zijn wij der wet gestorven met Christus, dan zullen wij ook de opstanding van Christus deelachtig worden.  Door de Geest worden wij nieuwe mensen; wij leven dan naar de wet des Geestes des levens

- Rom. 8: 11-2.
- Er is voor een Christen een vrijheid  des Heiligen Geestes, die ons volkomen heeft vrijgemaakt, zonder dat wij afbreuk doen aan de wet, want voor ons is de wet volkomen vervuld geworden in Christus.  Daarom zegt Paulus: "in Christus is een iegelijk een nieuw schepsel". Welk nieuwgeboren schepsel heeft nog die wet nodig? Welke wedergeboren Christen gaat nog uit stelen, of pleegt overspel enz., waarvan dewet spreekt?

   Wij zijn de wet des Geestes des levens in Christus deelachtig gewerden.
Zo leven wij dan in de volle vrijheid van de Heilige Geest. Alleen hebben wij die vrijheid niet ontvangen tot bandeloosheid, maar tot eer van God. De Apostel zegt: "alle dingen zijn mij geoorloofd, maar alle dingen stichten niet". Maar als u die vrijheid goed betracht, komt u tot een evenwichtig geestelijk leven.

- Gen. 21:10 t/m 21. 
- gaat over de geboorte van Izak  en het uitdrijven van Hagar en Ismael. Om dit goed te verstaan, gaan wij in het Nieuwe Testament naar: 

- Gal. 4:21 t/m 31.
- Vlees strijdt altijd tegen Geest en Geest tegen vlees, zowel vroeger als nu. Als u de leerstellingen van het ZDA niet omhelst, wordt u naar de hel verwezen, want zij zijn de alleen zaligmakende kerk. Zoals vroeger de Farizeën degenen vervolgden, die waarlijk godvruchtig wilden leven, zo zijn ook de moderne Farizeën, de schijnvromen, de vervolgers van de ware kinderen Gods.   Als kinderen Gods hebben wij ons altijd af te vragen:

-  Gal. 4:30.
- "Maar wat zegt de Schrift?", niet: wat zegt dominee A, of Evangelist B of Rabbi C? - "Wij hebben het Profetisch Woord, dat zeer vast is, en wij doen goed daarop acht te slaan als op een lamp in een duistere plaats". In deze duistere plaats, de wereld, komen wij in contact met allerlei mensen en "-ismen".

   Als wij naar die allen zouden luisteren, zou er een "Babel" in ons hart komen, een geest van verwarring. Daarom moeten wij tot ons levensmotto maken: Wat zegt de Schrift?. want dat is Gods Woord en wij zijn als Christenen niet meer gebonden aan een aards Jeruzalem, maar onze moeder is het hemelse Jeruzalem en wij leven in de vrijheid des Heiligen Geestes.

- In Galaten 4,
- in het laatste gedeelte, vinden wij een z.g. allegorie. Sara maakt hier het typebeeld uit van het nieuwe Jeruzalem, Izak is het typebeeld van Jezus, terwijl Hagar het typebeeld is van het oude verbond, n.l. van de berg Sinai; Ismael is het typebeeld van degenen, die onder de wet zijn, in het bijzonder het Jodendom.

   De Galaten waren Christenen uit de heidenen. Paulus wilde voorkomen,
dat zij zouden gaan leven onder diezelfde wet, waaronder het Jodendom leefde. Zij waren geroepen tot de bediening des Geestes. Daarom bracht hij hier de waarheid naar voren. Het uitdrijven van Hagar en Ismaël maakte de weg vrij voor Izaak om de enige absolute erfgenaam te zijn. Desgelijks is door de terzijdestelling van de wet de weg vrij gemaakt geworden voor de geldigheid van het Nieuwe Verbond. God heeft daarmee niet willen zeggen, dat die oude wet niet deugde. Iets opzij zetten, omdat er iets nieuws komt, betekent niet, dat het oude niet deugt. Op de Frnbel-school leert een kind van "a is een aapje". Later, in de eerste klas van de lagere school, leert het kind het hele alfabet en komt het tot het combineren van de letters tot volzinnen.

   Maar daarom deugde het eerste onderwijs wel, want als het dat niet had ontvangen, was het nooit verder gekomen. Zó is het met het oude en het nieuwe in de Schrift. Het ZDA zegt: het oude moet u blijven vasthouden van wieg tot graf. Hoe willen zij de wet vasthouden èn zeggen, dat zij in Jezus geloven, Die het einde der wet is?  Op een sabbatdag mocht niemand zich verplaatsen of op reis gaan.   Dat alleen al kunnen zij niet houden. Wij mogen in onze auto stappen of met tram of bus naar de kerk gaan, enz. Van alles kunnen wij de Here onze God rekenschap geven. Hoe heerlijk, als wij dit mogen doen in de vrijheid des Heiligen Geestes. Wij mogen de jubelzang der vrijheid zingen! Hij heeft alles aan het kruis van Golgotha betaald!

- Rom. 8.
- Wilt u in deze vrijheid leren leven? Lees Romeinen 8. Houd dit voor ogen: vóórdat de Heilige Geest kwam tot Romeinen 8, moest Hij beginnen met:

- Rom. 6.
- Omdat sterven vóóraf moet gaan aan leven. Christus moest eerst sterven, wilde Hij opstaan. Zo ook wij. Wij moeten eerst met Hem begraven worden in de dood, afgedaan hebbende de oude mens, het vlees, om op te staan in nieuwigheid des levens. Wij hebben de wet niet meer nodig, omdat wij in Christus nieuwe schepselen geworden zijn. Danken wij de Heer voor zoveel liefde en genade, dat ons de schellen van de ogen mogen vallen en wij de waarheid kunnen zien.

   Eenmaal vroeg Pilatus aan Christus:"wat is waarheid"? De Waarheid stond vóór hem in levenden lijve. De Heilige Geest was daar in Zijn volheid om hem te overtuigen, dat Degene, Die vóór hem stond, de Waarheid was. Pilatus zei: "ik vind geen schuld in deze mens". Hij dacht zijn zonde te kunnen afwassen met water, en zei: "ik was mijn handen in onschuld".
Wij moeten de waarheid accepteren, onvoorwaardelijk. Hoewel Pilatus geen schuld in Jezus vond, liet hij Barabbas los en gaf Jezus over tot kruisiging. Later in zijn leven moest hij in Rome verantwoording afleggen van zijn stadhouderschap. Hij ging in ballingschap, en het einde van zijn leven was zelfmoord.

   "Heden, indien gij Zijn stem hoort, verhardt uwe harten niet"! Als wij kennismaken met de waarheid, en wij willen die niet accepteren in ons hart zonder enige restrictie, dan maken wij kennis met andere dingen in ons leven. Als u eenmaal door Christus bent vrijgemaakt van de wet en gekomen bent tot dat wonderbare leven in de Geest, laat u dan niet misleiden en verleiden en wijs iedere ZDAdventist de deur!

   Hoe behoren nu Christenen, levend onder het Nieuwe Verbond, te staan t.o.v, de wet, die door het ZDA zo wordt gepropageerd? Christenen behoren der wet gestorven te zijn, omdat zij gekomen zijn tot een Nieuw Verbond, om zo te zeggen "met een ander getrouwd zijn!" en vanwege de gemeenschap, die zij ervaren krachtens dat Nieuwe Verbond, brengen zij vruchten voort tot eer en verheerlijking van God.
Christenen brengen geen vruchten voort krachtens de wet, maar krachtens de genade. De wet kent geen genade; de wet is rechtvaardig. De wet zegt: | gij zult, anders .... ".
 
- Rom. 7:1 t/m 4. 
- Het is dus helemaal niet door de gehoorzaamheid aan de Mozaïsche wet,
dat wij vruchten voortbrengen tot eer van God, maar door de kracht van de Heilige Geest, door de opstanding van Jezus Christus. Daar heeft de wet niets mee te maken, die is terzijde gesteld. Het voorbeeld van het aardse huwelijk, dat Paulus hier zo treffend aanhaalt, spreekt voor zichzelf en behoeft geen verduidelijking. Als wij der wet gestorven zijn en wij staan op in nieuwigheid des levens, dan heeft die oude wet voor ons afgedaan.

   Bovendien is Christus het einde en de vervulling der wet. Toen Hij sprak: "Het is volbracht", doelde dit op de ganse wet, die geen mens houden kon. Het oude verbond kon niet buiten de schaduwbeeldachtige offeranden; die MOESTEN worden gebracht.
Zelfs de hogepriester van Israël was nog maar een typebeeld; alles wees heen raar Degene, Die komen zou, van Wie Mozes reeds gesproken had

- Deutr. 18:15.
- en van Wie Johannes de Doper zeide: "Die na mij komt, is sterker dan ik", en van Wie God zeide: "Hoort Hem!". Hij heeft de ganse wet vervuld. Als wij dan nog die wet willen houden, plegen wij volgens Paulus overspel; dan zijn wij Het ontrouw.

- 1 Joh. 2:7 t/m 10;
- en Joh. 13:34 en 35.

- Jezus heeft de Christenen wel bevolen elkaar lief te hebben, maar nergens heeft Hij hun bevolen de sabbat te houden. Bij het ZDA is de sabbatviering primair en direct daarop volgt de verplichte betaling der tienden. Beide behoren tot de bedeling, die voor ons heeft afgedaan.

- Math. 23:23.
- Nochtans wijst Math. 23:23 op wat wij niet moeten nalaten, maar als dit ook betrekking had op de sabbat, zou dit ook te vinden zijn in het Nieuwe Verbond. Integendeel wordt daar gewezen op hetgeen waaraan de discipelen van Jezus Christus gekend worden, n.l. dat zij "liefde hebben onder elkander". Let wel: dat is niet de liefde van mensen, maar de liefde van God.

  Veel menselijke liefde wordt versleten voor Goddelijke liefde, maar daar is een hemelsbreed verschil. Menselijke liefde weet zelfs wat zwart is (de zonde) wit te praten, maar Goddelijke liefde bedekt nooit de zonde. "Openbare bestraffing is beter dan verborgen liefde". Dit is op zichzelf een kenmerkend, wezenlijk verschil tussen menselijke liefde en de liefde van God.

- I Joh. 3:22 en 23.

- Dit is een veel groter gebod dan dat van de sabbat,  dat afgedaan heeft, waarbij de sabbat beschouwd werd als de rust. Waar vinden wij een grotere rust dan in Jezus Christus, onze Heer? Hij is de sabbat van de Christen, Hij is de Rust Zelve. Als wij Hem ontvangen hebben in de doop des Heiligen Geestes en wij zijn die rust binnengegaan, wat moeten wij dan nog met de Joodse sabbat?

  Die sabbat, Jezus Christus in mijn hart, brengt met zich mee, dat ik der wet vrijgemaakt ben, dat ik ook op zaterdag mijn grote was mag doen enz. Alleen de Here Jezus Christus kan het ZDA redden uit de strik, waarin zij zijn gevallen. Daarvoor moeten zij hun eigen concepties prijs durven geven, als de Geest des Heren hen wijst op de onomstotelijke waarheid van Gods Woord.

   Als zij willen vasthouden aan hun leerstellingen, zijn zij even schuldig als het Sanhedrin, dat de Voorhang weer aan elkaar naaide na de dood van Christus.. Daarmee veronachtzamen zij de offerande van Christus en slaan God in het aangezicht. Het ZDA volgt de wijsheid van mensen, niet het licht der Schrift. God heeft met de wet afgerekend. Wat willen wij dan nog met die wet? Zij zijn absoluut blind voor het feit, dat zij nooit een Gode welgevallig leven kunnen leiden.

   In Jezus heeft God positief geantwoord op de noden van de mensheid. Wee degene, die meent zijn eigen zienswijze daarvoor in de plaats te kunnen stellen. God zal hun vragen: "hoe hebt gij op het fundament Jezus Christus gebouwd"? Wij kunnen daarop niet bouwen met de wet, waarvan God zegt, dat wij der wet gestorven zijn.

- Galaten 6:2.
- Wij lezen  hier van een andere wet van Christus. Ook hiermee dienen wij nog op te passen in deze nieuwe bedeling. Er zijn mensen, die zich allerlei lasten opleggen en die dan graag door andere broeders en zusters willen laten dragen. God zegt niet, dat die lasten er perse moeten komen om ze daarna een ander op te leggen!

- Col. 2:16 en 11. 
- De sabbat is in geen enkel opzicht bindend voor de  gemeente van Jezus Christus.

- In vs. 16.
- zijn de wekelijkse sabbatten bedoeld,  maar die zijn maar een schaduw, die blijven niet bestaan, maar gaan voorbij. Op een schaduw kunt u niets funderen. U kunt op de wet niet bouwen; u staat op een geheel andere wet - die van genade, de wet des Geestes des levens. Christus is de Rotssteen. Wij kunnen op Hem bouwen, niet op de dingen, die voorbij zijn gegaan.

   Het leven van een Christen staat op de bodem van opstanding.
Opstandingsleven is beter dan wijn, beter dan het bloed van Christus, omdat het spreekt van rechtvaardigmaking. Het bloed kan redden, maar als daarop geen rechtvaardigmaking zou volgen, zouden wij nog naakt staan. Rechtvaardigmaking doet een hoer rein staan voor God, alsof zij nooit een hoer was geweest.

   Dat komt door de opstanding van Jezus Christus uit de doden.
Zolang wij staan in dat opstandingsleven van Christus, zijn wij gerechtvaardigd, ook van die schaduwachtige wet, die nooit anders heeft gedaan dan ons aanklagen bij God, omdat wij niet in staat waren om één ding van die wet te houden.

- Rom.- 7:4. 
- Vanwege onze rechtvaardigmaking zijn wij geestelijk bekwaam vruchten voort te brengen tot eer en verheerlijking van de Naam van Jezus. Als wij dit doen, is het een voorrecht; geen wettische instelling. De eerste Christenen hielden zich altijd aan de eerste dag van de nieuwe week, niet aan de sabbat.

- Hand. 17:2.
- Hier zien wij, dat Paulus juist de Joodse sabbat gebruikt om de Joden te benaderen, want dan wist hij waar zij te vinden waren. Als Christen ging hij op sabbat uit om zielen te winnen voor Gods Koninkrijk. Paulus was een Jood met de Joden, en een Griek met de Grieken. Hier deed hij het zó, maar als hij met de Christenen samenkwam, deed hij het op de eerste dag der week.

- Hand. 20:7.
- Als wereldlingen dit kunnen, waarom dan niet kinderen Gods? Paulus brak hun een ander brood - het wonderbare Woord van God.

- 1 Cor. 16;
- 2 Openb. 1:10.

- "De dag des Heren" is de eerste dag der week.
Het ZDA zegt, dat wij de eerste dag der week houden als een gebod, uitgevaardigd door Constantijn, de eerste keizer, die Christen werd, en onder wie grote hervormingen hebben plaats gehad.

   Dat is niet de waarheid. Lang vóórdat hij tot keizer werd uitgeroepen, hebben Clement van Alexandrië (194 n.Chr.) en Justinus de Martelaar (105 n.Chr.) zich al niet meer beroepen op de sabbat, maar op de eerste dag der week.

   Nu gaan wij de 10 geboden en de sabbat bekijken .
Het is beslist geen toevalligheid, dat in het Nieuwe Testament al deze geboden nog eens worden benadrukt, met uitzondering van de sabbat.

- Rom. 13:8 t/m 10,
- Nergens is hier sprake van de sabbat.
De liefde van God is de vervulling van de ganse wet, dus ook van de sabbat. De Heilige Geest spreekt ons van de geboden, die wij hier herhaald en benadrukt vinden, omdat zij voortkomen uit en verband houden met de liefde Gods, niet omdat de Heilige Geest ze nog eens weer in verband wil brengen met een tijd, die heeft afgedaan, met de harde wet van de Sinai. Neen, Paulus schrijft: "de hoofdsom der wet is, dat gij uw naaste zult liefhebben als uzelf", en dat geldt niet alleen op de sabbat, maar op alle dagen!

- Efeze 6:1 en 2. 
- Ook dit staat in verband met de liefde van God.

- Jac. 5:12.
- Ook dit staat niet in verband met het oude, maar met de liefde van God. Als wij die niet kennen en niet hebben, zijn wij niet in staat om te doen wat het Nieuwe Testament van ons vraagt.

- Joh. 5:21.
- Wie wordt levend door de Zoon? Die met Hem opstaat in een nieuw leven, waarin de Mozaische wet heeft afgedaan en de nieuwe wet van de liefde Gods haar plaats heeft ingenomen, niet omdat het oude geen waarde meer heeft, maar omdat het voorbijgegaan is. Eerst moeten wij in Christus gestorven zijn, willen wij met Hem kunnen opstaan in een nieuw leven. Daarom kan men nieuwe wijn ook niet doen in oude leren zakken, maar in nieuwe. Ze worden dan beide behouden.

- Col. 2:16.
- In het Nieuwe Testament zullen wij zien, dat het woord "sabbat" alleen wordt gebruikt voor de aanduiding van de wekelijkse sabbat. Paulus zelf onderscheidt een feestdag of nieuwe maan van een sabbatdag en gebruikt dan de "formule" van het Oude Testament.

- In 2 Kron. 2:4,  evenals in 2 Kron. 8:13 en in Numeri 28: 9 en 10, 16, 19 en 26
- vinden wij het aangeduid. Maar dat was niet de Mozaische sabbat, de zevende dag, waaraan het ZDA zijn naam heeft ontleend en die door hen wordt gepropageerd. Alleen de "wekelijkse" sabbat wordt bedoeld.

   De Heilige Geest verklaart dus Zelf duidelijk, dat de sabbat, zoals die als gebod werd gegeven in de Mozaische wet, in geen geval bindend is voor de Christenen. Het ZDA komt in hetgeen zij, wettisch betrachten alleen maar tot liefdeloosheid en onverdraagzaamheid jegens andersdenkenden.

- I Joh. 2:27.
- Door het onderwijs van de Heilige Geest weten wij van al deze dingen. Wij behoeven niet misleid te worden. Het ZDA put uit de bron van leugen, het verwart en verdraait en het maakt Christus tot een leugenaar, want Hij is het einde van de wet.

- 2 Joh. 7 t/m 11. 
- Hij kan alleen het einde der wet zijn,  als Hij in het vlees gekomen is. Het Woord is vlees geworden. Als zij zeggen, dat de wet nog van kracht is, dan verklaren zij daarmee de vleeswording van nul en gener waarde te zijn geweest, want alleen door de vleeswording kon Hij de wet vervullen.

   Nergens vinden wij Jezus in gesprek met Farizeën, Schriftgeleerden enz. of zij horen:
"Wee u!" Eenmaal komt de dag van afrekening. Blijf voor de ZDAdventisten bidden, (wij moeten voorbede doen voor alle mensen) opdat zij tot inkeer worden gebracht. Zij moeten aan uw houding zien hoe u staat. Abraham kende alleen Lot in Sodom; toch pleitte hij voor het behoud van Sodom, al zouden er maar 10 rechtvaardigen zijn. Als wij de ZDA spreken van de waarheid, komt er gemakke
lijk twist.

Het ZDA gelooft niet wat de Bijbel leert, dat, als u sterft in Jezus, u dezelfde ervaring

geniet als de moordenaar aan het kruis, die zich bekeerde, n.l. dat u meteen met de

 Heer in het Paradijs bent, als u uw laatste adem
uitblaast.

   Zij beweren dat geen mens in dit leven ten hemel vaaet. Dat is voor later. Zij spreken over een ziele- slaap. Volgens hen blijft uw ziel rustig slapen in de tijd, die er ligt tussen uw dood en de opstanding straks. Als u hun vraagt: "waar?", dan zeggen zij: "ergens!". Hoevelen zijn er niet juichend naar de hemel gegaan. De moordenaar mocht meteen met Jezus in het Paradijs zijn. Hij heeft nergens geslapen!  Wat leert de Schrift hierover?

- Fil. 1:21 t/m 24. 

- Paulus wist door het onderwijs des Heiligen Geestes, dat zodra hij zou sterven, hij onmiddellijk bij Christus zou zijn en hij zegt: "dat is verreweg het beste".

- II Kor. 5:1 t/m 10. 
- Er wacht ons loon in het eeuwige huis daarboven, niet in de ziele-slaap! De rechtersstoel van Christus wordt straks pas gevonden; als de grote witte troon daar zal staan, zullen alle volken staan voor die rechtersstoel. Het is niet zoals het ZDA zegt, dat als wij in Christus ontslapen, onze ziel slaapt, net zolang totdat de dag der opstanding daar is.


Zij verwarren twee begrippen:

- het naar huis gaan, waarbij ziel en geest niet sterven, maar alleen ons lichaam in het graf wordt gelegd, èn het aangedaan worden met opstandingsheerlijkheid.


   Men kan alleen zó spreken als het ZDA, als men uit het oog verliest, dat de mens bestaat uit geest en ziel (beide onzichtbaar) èn lichaam (zichtbaar); zoals hij geschapen is naar Gods beeld en gelijkenis (Vader, Zoon (Woord) en Heilige Geest). Van deze drie zijn er twee onzichtbaar; alleen de Zoon is zichtbaar, want het Woord werd vlees.

   Het zichtbare van de mens, ons lichaam, wordt in het graf gelegd en vergaat; maar dat wat u niet ziet, gaat ogenblikkelijk naar de hemel. De Heer heeft gezegd, dat Hij heenging om ons plaats te bereiden, opdat wij altijd bij Hem zouden zijn. Dit vindt plaats in de dag der opstanding. Dan komen wij als verloste mensen naar lichaam, ziel en geest, zondeloos bij Hem.

   U moet mij niet vragen: hoe zal mijn opstandingslichaam er uitzien in die dag? Dat weten wij niet. Maar wij geloven, dat er een opstandingslichaam is, omdat Thomas de Heer heeft aangeraakt na Zijn opstanding.

- I Joh. 3:2. 
- zegt, dat wij Hem gelijk zullen zijn. Dus staan wij op uit het graf in een opstandingslichaam. In een punt des tijds bij de laatste bazuin, zodra wij uit het graf opstaan, komt onze verloste geest, die al lang in heerlijkheid is, terug in het opstandingslichaam. God maakt nooit fouten. Wees dus niet bang, dat uw geheiligde en gereinigde geest straks terecht zal komen in het lichaam van Mussolini. Hij was een anti christ en staat niet op in de opstanding der rechtvaardigen.

   Henoch wandelde met God. God nam hem weg en hij was niet meer. God verwacht van Zijn gemeente, dat zij hoe langer hoe losser wordt van deze wereld en van alle wereldgezindheid; los, ook in onze gedachten- wereld. Al komen wij misschien nergens meer, wij kunnen in ons hart toch nog een begeerte daarnaar hebben.

- I  Thess. 4:13 t/m 18.  
- Als er geen verloossing was van de Heilige Geest in dit Woord, dan zou Hij dit alles niet hebben neergeschreven. Allen, die in Christus gestorven zijn vanaf Adam, zullen straks opstaan, wanneer de stem van de bazuin zal worden gehoord over de ganse wereld, even zeker als Lazarus Jezus' stbm hoorde, terwijl hij in het graf lag.

   Hoe kan het ZDA zeggen, dat de ziel slaapt? Wat zegt het dan van Mozes en hoe verklaart het, dat hij gezien werd op de Berg van Verheerlijking? Wie heeft Mozes dan ineens wakker gemaakt? De Schrift leert, dat de doden zullen opstaan. Er zijn twee opstandingen in het Woord van God, de ene aan het einde van deze bedeling, vlak vóór Jezus' wederkomst; want, wij zullen altijd met de Here wezen. Dit is de opstanding der rechtvaardigen; wij zullen Hem ontmoeten in de lucht.

   De tweede opstanding, de opstanding der goddelozen, van Gog en Magog, vindt plaats ná het Duizendjarig Rijk. Dan wordt de duivel nog een kleine tijd losgelaten en hij vergadert deze goddelozen van de vier hoeken der aarde

- I Cor. 1512 t/m 24 en 35 t/m 55. 
- "Dood, waar is uw prikkel?  Hel, waar is uw overwinning"? Dit is nu al zo, krachtens het onderpand des Heiligen Geestes.

- Pred. 9:5 en 6.                     
- "De doden weten niet met al",  d.w.z. zij weten niets met betrekking tot het verlossingswerk, dat op aarde voortgang vindt bij de anderen, na hun dood. Bij ons sterven houden wij op deel te hebben aan enig ding, dat onder de zon geschiedt.  Onze geest gaat ogenblikkelijk naar huis toe. Wij zijn bestemd voor een nieuwe aarde en ontvangen een nieuwe naam! De valse leerstellingen van het ZDA doen hen groeien in hoogmoed en waanwijsheid.

Den Hag, najaar 1968
Rev. Corn. J.H. Theijs 
Voorganger van The Betel Pentecostal Temple  in Nederamd.

____________________________

Home - Sitemap - Omhoog