DE HOER EN HET BEEST
Schriftgedeelte:
Openbaring 17:1-18
Indeling
I. De hoer die zit op het beest (1-6)
2. De 7 koninkrijken, vanaf Egypte tot in de Duistere Middeleeuwen (7-II)
3. De hoer geruggensteund door 1O toekomstige koningen (12-15)
4.De hoer valt door toedoen van die koningen (16-18).
Het hoofdstuk in het kort
Openbaring 17 bevat een overzicht van gebeurtenissen ten tijde v. de 6e
en de 7e plaag. Johannes toont ons het beest met de 7 koppen het stelt die
volkeren voor die, door de tijden heen, Gods getrouwen hebben tegengestaan en
vervolgd. In de dagen van Johannes waren er reeds 5 geweest, maar de 7e moest
nog komen.
Het verhaal van 2 steden
De Openbaring is het verhaal van 2 steden: Babylon en Jeruzalem.
Het is het verhaal van 2 leiders: Jezus en de satan.
Het is verhaal van 2 machten: het goede en het kwaad.
Het is het verhaal van 2 moeders: de moeder getekend in Openbaring 12 en nu deze
opzichtige dame van de nacht. De eerste moeder werd vervolgd. De 2e moeder heeft
vervolgd. De 2e vrouw had veel hulp in de personen van haar"dochters" die,
evenals zijzelf, de prostitutie bedreven. De kleding van beide vrouwen staat in
scherpe tegenstelling tot elkaar. De een is gekleed in purper en scharlaken; de
ander is gekleed in eenvoudig, smetteloos wit-symbool van gerechtigheid.
De laatste 7 verzen brengen ons tot de tijd van de plagen, de tijd van Gods
oordeel. (Het hoofdstuk begint met een gesprek tussen Johannes en een van de
engelen die een van de 7 schalen heeft met een van de plagen). Openbaring 13
heeft ons gewaarschuwd voor de toekomstige oprichting van een organisatie die
het evenbeeld zou zijn van de combinatie van kerk en staat, zoals die de wereld
regeerde in de dagen van de Duistere Middeleeuwen. Openbaring 17 geeft ons daar
meer details over. Omdat de gebeurtenissen nog toekomstig zijn moet onze uitleg
een voorzichtige zijn.
Er zullen 10 koningen zijn, die deze organisatie zullen steunen. Of dit getal
symbolisch is of letterlijk, dat zal de toekomst uitwijzen. De organisatie, die
zo gelijkt op die van uit het verleden, zal er op uit zijn de Heer en zijn
koninkrijk te overheersen. Hij zal pogen Gods volk in deze wereld te
vernietigen. Maar in de laatste ogenblikken van de wereldgeschiedenis, nadat
ieder geval voor eeuwig beoordeeld is en vastligt, zal deze macht geen
vorderingen kunnen maken. "Maar het Lam zal hen overwinnen" - "en zij, die met
Hem zijn, de geroepenen, en uitverkorenen en gelovigen." (vs 14).
Wanneer de politieke machten zien dat hun doelstellingen niet gerealiseerd
kunnen worden, dat hun pogingen t.o.v. God en zijn volk geen zin hebben, dan
zullen zij zich tegen het geestelijk Babylon keren en de wereldwijde organisatie
ontmantelen. Dit zal het teken zijn dat de komst van Jezus uiteindelijk een feit
zal zijn.
Commentaar
Wanneer de religieuze- en de politieke machten zich voor de laatste keer
tegenover God plaatsen:
* Deze vereniging is toekomstig: "10 koningen, die nog geen koningschap hebben
ontvangen."(12)
* Deze samenwerking zal slechts voor een korte tijd zijn: "maar een uur
ontvangen zij macht als koningen (12)
* De eenheid heeft een doel voor ogen: "Dezen zijn een van zin en geven hun
kracht en macht aan het beest " (13)
* Het doel van deze eenheid is te vechten tegen God: "Dezen zullen oorlog voeren
tegen het Lam (14).
* De eenheid zal in woede uiteen vallen en wanneer de strijd tegen hen onderling
gekeerd wordt. ( 16) "En de tien horens, die gij zaagt (gezien hebt) en het
beest, dezen zullen de hoer haten, en zij zullen haar berooid maken en naakt,
haar vlees eten en haar met vuur verbranden."
Vragen om op te reageren
1. Gelooft u dat uw naam in het boek van het Lam opgetekend is? (Openb.
17:8). Hoe weet u dat? Hoe en waarom zou iemands naam uit het boek des levens
verwijderd worden?
2. De verlosten worden beschreven als "geroepenen en uitverkorenen en
gelovigen." Geeft u eens commentaar op deze beschrijving.
3. Wanneer Gods tegenstanders de hoer "berooid maken en naakt, haar vlees eten
en haar met vuur verbranden" dan doen zij, schrijft Johannes, Gods wil.
(16,17). Is het mogelijk om Gods wil te weerstaan?