ZOET EN BITTER
Schriftgedeelte:
Openbaring 10:1-11
Indeling
I. Engel met het kleine boekje (1-3)
2.Zeven donderslagen en een eed (4-6)
3.De zeven bazuinen (7)
4.De ervaring van zoet en bitter (8-11)
Het hoofdstuk in het kort
Openbaring 1O begint met een andere fantastiche beschrijving van de Heer. De
beschrijving doet denken aan het beeld van Jezus uit hoofdstuk I. Het lezen van
Openbaring 1O verkwikt onze geest en bemoedigt ons in dagen van moeite en
teleurstelling. Het laatste gedeelte van het visioen vraagt aandacht voor een
klein boekje in de handen van de Heer.
* het is klein, niet groot
* het is geopend,niet gesloten
* bij eerste bestudering smaakt het zoet als honing
* na een tijd maakt de zoete smaak plaats voor die van bitterheid
* het loopt uit op een grote zendingsbeweging die wereldwijd is.
Dit kleine boekje is het tweelingboekje van de Openbaring, dat als een
handschoen past bij een hand, namelijk het bijbelboekje Daniel. Gedurende de 19e
eeuw is het "gesloten" of "verzegelde" boek Daniel steeds meer een geopend boek
geworden voor mannen en vrouwen die het boek bestudeerden en zijn profetieen
gingen begrijpen.
Toen Daniel het boek had voltooid, had God tegen hem gezegd dat het boek
"geopend" , begrepen, zou worden in de eindtijd. En gedurende de 19e eeuw werd
die voorzegging vervuld. Er is een heel goede reden geweest waarom de
tijdsprofetieen van het boek zo lang verzegeld/gesloten zijn geweest: zij
behandelen gedetailleerde perioden van de geschiedenis die zich duidelijk
uitstrekken tot in de 19e eeuw!
Dit zou christenen die in eerdere eeuwen hebben geleefd
alleen maar hebben ontmoedigd.
De profetie in de Bijbel die de langste tijdsperiode bevat, vindt u in Daniel 8.
Hij omvat 2300 jaren. De engel Gabriel vertelde Daniel dat die jaren zouden
aanvangen bij de toestemming aan de Israelieten om de Babylonische ballingschap
de rug toe te keren en de gesloopte stad Jeruzalem te herbouwen.
Die toestemming kreeg Issrael in 457 v.Chr.
De 2300 jaren eindigen dan in 1844. In de jaren 1830, toen de profetie ontsloten
werd, hadden vele kerkelijke leiders en theologen de idee dat dit betekende dat
Jezus in 1844 zou terugkeren. Het is duidelijk dat 1844 niet het einde van de
wereld is geworden! Maar de verwachting van Jezus' wederkomst zette wel de hele
religieuze wereld op zijn kop. Welk een gedachte! Welk een zoete gedachte
"Christus zal binnenkort komen; om precies te zijn in 1844.
Maar de zoete smaak maakte plaats voor die van de bittere toen 1844 aanbrak en
voorbij ging en Jezus niet wederkwam. Sommigen gaven hun geloof op. Maar anderen
wierpen zich weer op de bijbelstudie en God liet hen weten, dat Hij grote dingen
met hen voor had. Zij moesten het goede nieuws aan de hele wereld brengen, en
met een speciale benadrukking. Die speciale benadrukking zullen wij spoedig
bestuderen in Openbaring 14. Uit de brokstukken van de teleurstelling van 1844
groeide een grote zendingsbeweging die sneller in omvang toenam dan bijna welke
andere beweging in de religieuze wereld dan ook.
Wereldwijde zendingsbeweging
Dit brengt ons terug naar "het kleine boekje", het hoofdthema van dit
hoofdstuk:
* het boekje Daniel is klein, slechts een paar bladzijden groot.
* een bepaald gedeelte van Daniel werd onmiddellijk na het opschrijven meteen
verzegeld en werd pas in de 19e eeuw een geopend boek.
* bij het "eerste verstaan" wekte Daniel zoete verwachtingen.
* toen de verwachte wederkomst van Jezus niet plaats vond, bracht het boek
Daniel grote bitterheid.
* het boek Daniel, met zijn tweelingboek, de Openbaring, leidde tot de
oprichting van een wereldwijde zendingsbeweging.
Commemtaar
"En ik zag een andere, sterke engel nederdalen uit de hemel, bekleed
met een wolk, en de regenboog was op zijn hoofd en zijn gelaat was als de zon en
zijn voeten waren als vuur..." Openb. 1O:1.
Johannes maakt hier gebruik van alle vier symbolen die in de voorgaande
hoofdstukken staan. Hij maakt melding van het feit dat Jezus zal komen "met de
wolken" (Openb. 1:7, ), dat een regenboog God op zijn troon omgeeft (4:3), dat
het gezicht van Jezus schijnt als de zon (1:16) en dat zijn voeten als zuilen
van vuur (1:15) zijn.
Deze boodschapper zal dan ook niemand anders zijn dan Jezus zelf! Andere
schriftuurplaatsen versterken deze gedachte. In het visioen van Daniel i.v.m. de
hemelse troonzaal (Daniel 7:13) beschrijft hij de komst van Jezus tot Zijn Vader
zodanig dat Jezus ook daar in wolken gehuld is. Mattheus verhaalt Jezus' eigen
woorden i.v.m. Zijn wederkomenst (Matth.24:30). Zo ziet Ezechiel een regenboog
rondom de Heer (Ezechiel 1:28). 17.
Mathheus heeft het over "Zijn gelaat straalde gelijk de zon" bij de
verheerlijking op de berg (Matth 17:2).
En de vuurkolom die zo'n belangrijke rol speelde bij de Exodusgeschiedenis uit
Egypte (Exodus 13,14) brengt ons Gods bescherming en leidende hand in die tijd
in herinnering. Paulus laat er geen twijfel over bestaan dat het Christus is
geweest die allen leidde naar het beloofde land. Wij aarzelen dan ook niet bij
het zeggen dat de machtige boodschapper uit Openbaring 10 niemand anders is dan
Jezus Zelf.
Vragen om op te reageren
1. Vindt u de christenen van de 19e eeuw wat naief om de exakte datum van Jezus'
wederkomst te voorzeggen (1844) daar Jezus had gewaarschuwd dat slechts de Vader
die datum weet?
2. Wanneer zaken niet zo gaan als u zou wensen en u ziet ook uw groeien in
geestelijk opzicht niet zo snel gaan als dat u zou wensen, neigt u er dan naar
ontmoedigd te worden? Of is " de zalige hoop" (Titus 2:13) het lichtpuntje voor
u in elke moeilijke tijd?